De jongen die bij Broese aan de Oudegracht achter de kassa stond werd dolenthousiast toen hij zag welk boekje ik er kocht. “Awater! Dat behandelen wij in onze studie. Ik studeer namelijk Nederlands.”
Zulke ambassadeurs moet het vak natuurlijk hebben, jongens en meisjes die iedereen gevraagd en ongevraagd laten delen in hun enthousiasme over de studie. En misschien dan ook wel boekjes zoals Awaters spoor. Literaire omzwervingen door het Utrecht van Martinus Nijhoff van Niels Bokhove. Dat was wat ik namelijk op de toonbank legde.
Er was overigens maar één exemplaar van het boekje in heel de winkel te vinden, ook al is er onlangs een tweede, herziene druk van verschenen. Anders had ik die jongen ook een exemplaar gegeven, ambassadeurs onder elkaar.
Het is een mooi boekje voor wie van Nijhoff houdt, en misschien nog wel meer voor als je van Utrecht houdt. Nijhoffs Utrechtse periode was volgens Bokhove de meest vruchtbare. Nijhoff kwam naar de stad om er Nederlands te studeren bij de roemruchte hoogleraar De Vooys, kreeg er een geliefde, de classica Josine van Dam van Isselt, en schreef er onder meer Awater, Nieuwe gedichten en Het Uur U.
Het eerste gedicht speelt de belangrijkste rol in dit boekje, dat behalve een hoofdstukje over ‘het ontstaan van Awater’ twee wandelingen door Utrecht beschrijft, waarvan de belangrijkste, door het centrum, gebeurt aan de hand van Awater. (Ik kan niet vinden of iemand weleens heeft opgemerkt dat de naam A-water de naam U-trecht spiegelt, want ’trecht’ betekent ‘doorwaadbare plaats’, maar het viel me ineens op.) De tweede wandeling gaat door Oost, langs adressen waar Nijhoff heeft gewoond.
Ik geloof dat die wandelingen meer zin hebben voor wie van Utrecht houdt dan voor wie van Nijhoff houdt. Ja, sommige gebouwen die lijken te figureren in Awater of waar de dichter kortere of langere tijd heeft gewoond, staan er nog, maar die kun je ook via Google Streetview bekijken. Hier is bijvoorbeeld Janskerkhof 11, waar Nijhoff in 1940-1941 woonde, in kamers die hij had gehuurd van collega-dichter Geerten Gossasert:
Voor mij voegt zo’n detail minder bij aan mijn kennis van Nijhoff dan aan mijn blik op Utrecht. Ik weet zeker dat ik niet vaak meer langs ‘Laurent Salon en Spa’ kan lopen of fietsen zonder te denken: hier woonde de dichter dus ‘met in de werkkamer een prachtig uitzicht over het plein en in de slaapkamer op de Domtoren waarop je kunt zien hoe laat het is’. Zoals ik geloof ik ook nu eerder op de hoek van de Potterstraat en de Oudegracht zal denken ‘hier was Heck’s Lunchroom, die de restaurantscene inspireerde’ dan dat ik omgekeerd tijdens Awater zal denken aan die nu toch wat troosteloze hoek, al ligt hij dan schuin tegenover Broese.
Utrecht is te weinig bekend als literaire stad. Boekjes als Awaters spoor kleuren haar met woorden.
Ronald V. zegt
A-water, U-trecht, O-dijk. Odijk is een dorp ten oosten van de stad Utrecht en ligt aan de Kromme Rijn. Een leuke trits: A-water, U-trecht, O-dijk. Maar wellicht associeer ik nu iets teveel.