Het was een interessante avond, afgelopen zaterdag, in Nijmegen. Tijdens het filmfestival InScience werd de film Is The Man Who Is Tall Happy? vertoond, van de bekende filmmaker Michel Gondry en gebaseerd op gesprekken die hij voerde met Noam Chomsky. De film is ook online te bekijken (hierboven), maar in de zaal en op een groot scherm biedt hij ook wel wat extra’s. Bovendien was er een discussie na afloop tussen de Nijmeegse hoogleraar Peter Hagoort en de Utrechtse hoogleraar Roberta D’Alessandro, waarin een aantal zaken uit Chomsky’s werk werden besproken en in een ander licht gezet.
Waar ze in die discussie minder aan toekwamen, was de dimensie die Gondry aan de film had toegevoegd. Is The Man is niet zomaar een documentaire, maar ook een kunstwerk. Gondry nam de film op met een oud cameraatje en voorzag het gesprek van allerlei animaties. Bovendien onderbreekt hij de opnamen voor uitleg en commentaar. Dat klinkt allemaal irritant, maar het werkt erg goed.
Ik had de film al eens gezien maar deze keer viel me op dat eenzaamheid een belangrijk thema is. De film kwam een jaar of tien geleden uit, een periode dat Chomsky nog in de rouw was om zijn vrouw Carol, met wie hij bijna zestig jaar getrouwd was (inmiddels is hij hertrouwd). De licht depressieve gevoelens erover komen goed naar voren als Chomsky vertelt dat hij sinds haar dood eigenlijk geen leuke dingen meer deed. Voor haar dood was hij het liefst alleen thuis, met haar.
Orde
Doordat die dimensie zo wordt uitgelicht, viel me ineens op hoe eenzaam Chomsky’s manier van de wereld is. In de eerste plaats doordat hij allerlei ideeën naar voren heeft gebracht die niet meteen intuïtief zijn, en zelfs tegen je intuïties ingaan: dat we dat ding daar een boom maken, heeft volgens hem maar weinig met de fysieke eigenschappen van dat ding daar te maken. Zie je wel, dat geloof je niet – en ik kan het hier niet allemaal uitleggen, bekijk de film van Gondry voor Chomsky’s uitleg. En zie hoe lastig Gondry het vindt om het te begrijpen. En hoe duidelijk Chomsky daaraan gewend is, dat mensen hem begrijpen.
Voor de duidelijkheid: mij lijkt het feit dat ideeën lastig te begrijpen zijn op voorhand geen argument vóór of tegen die ideeën. Volgens Chomsky is het begin van wetenschap om kennelijk voor de hand liggende ideeën – we noemen iets een boom omdat het uit levend hout bestaat – te bevragen. Hij benoemt in de film een paar keer dat de natuurwetenschap pas van de grond kwam toen men begon te bevragen waarom een bal die je loslaat op de trap omlaag gaat en niet omhoog. Voor die tijd vond iedereen het vanzelfsprekend dat alles zijn ‘natuurlijke plaats’ opzocht: ballen op de grond en stoom in de lucht.
Chomsky’s eigen visie is een internalistische: een belangrijke eigenschap van de dingen die we zien is ‘psychologische continuïteit’. Een ding is een tafel omdat we het zijn beginnen te zien als tafel. Ook als we er later van alles aan veranderen, zodat we het als we het op het eerste gezicht zagen niet aan een tafel zouden zien, is het nog steeds een tafel. Als voorbeeld geeft hij een voorbeeld van een verhaal waarin de ezel Sebastiaan verandert in een steen. Zelfs kinderen begrijpen dat die steen ‘eigenlijk’ de ezel Sebastiaan is. De dingen die we zien zijn eerder een manier waarop onze geest orde schept in de chaos die de werkelijkheid is dan dat ze zelf rechtstreeks verband houden met die werkelijkheid.
Monument
TIjdens de discussie verweet Hagoort Chomsky dat hij onduidelijk was in die passage, en verschillende bekende inzichten uit de betekenisleer (zoals het verschil tussen betekenis en referentie) negeerde. Dat was waarschijnlijk terecht, maar ging tegelijkertijd voorbij aan de verwarring die er in de film over deze hele materie ontstaat tussen Gondry en Chomsky. We horen hier Chomsky’s ideeën duidelijk door de lens van Gondry, en die laatste begrijpt het zelf niet helemaal.
Maar er zit nóg iets aan vast. Hoewel het ook Chomsky’s opvatting is dat de menselijke geest veel universele kenmerken heeft, en mensen het dus doorgaans eens zullen zijn over wat we een tafel of een ezel noemen, zitten we in zijn wereld ook allemaal opgesloten in ons eigen hoofd. Hij heeft de wereld ook geschockeerd door met stelligheid te beweren dat communicatie niet de primaire functie is voor taal: dat is het denken. Als voorbeeld noemt hij dat je als je op straat loopt de hele tijd in je zelf praat. Ook evolutionair was taal volgens hem in eerste instantie succesvol omdat het ’t individu beter liet plannen en anticiperen. Met elkaar praten kwam pas later, toen voldoende mensen de mutatie hadden.
De mens zit zo bezien dus grotendeels in zichzelf besloten: de belangrijkste echt menselijke activiteit is denken, en dat denken gebeurt in categorieën die hooguit onrechtstreeks iets met de buitenwereld te maken hebben. De mens is zijn eigen Platoonse grot.
Het heeft Chomsky er nooit van weerhouden om zich in te zetten voor bijvoorbeeld onderdrukten – een ontroerende passage is waar hij vertelt hoe warm hij in Zuid-Amerika werd ontvangen door mensen die een monument wilden oprichten voor zijn vrouw. Maar het is een positie die de mens uiteindelijk alleen maar kan zien als door en door eenzaam.
Ronald V. zegt
Een liefdevol artikel over een liefdevolle man.
Onze binnenwereldjes zijn geen getrouwe weerspiegelingen van de ons omringende buitenwereld maar hebben zo hun eigen dynamiek, fratsen en strapatsen. Uit het idee van de eigenzinnigheid van onze binnenwereldjes vloeit voort dat we elk een individuele eigenzinnigheid hebben en dat we aldus in de kern eenzaam zijn. Maar als ik in de kern eenzaam ben en jij dat ook bent, dan kan dat tot een gevoel van solidariteit leiden. Solitariteit, solidariteit. Liefde is zoiets als samen beseffen dat je eenzaam bent.
Eigenlijk is Chomsky een heterodoxe kantiaan. Net als Popper, die zich ergens een heterodox kantiaan noemt. Op zijn wijze is Chomsky een filosoof.
Betekenissen zitten in het individuele hoofd. En referentie is een onderdeel van betekenis in brede zin des woords. Als ik de gedachte “boom” heb, dan behoort mijn idee dat bomen in de buitenwereld bestaan, tot de betekenis van mijn gedachte “boom”.
Ik reageer om te onderstrepen dat Chomsky relevante inzichten bezit.
M.M.Haverkamp zegt
Of deze bespiegeling: waar moet ik heen als ik niet weet waar ik ben.
https://tussenmens.jouwweb.nl/
Berthold van Maris zegt
Nu we het dan toch over het al dan niet getrouwd zijn van taalkundigen hebben, een full disclosure was ook hier weer op zijn plaats geweest. “Ik ben getrouwd met etc.”
Marc van Oostendorp zegt
Wat zou dat precies aan informatieve waarde hebben toegevoegd, Berthold?
Berthold van Maris zegt
Het zou kunnen dat de manier waarop je kijkt naar Chomsky beïnvloed wordt door hoe de betreffende hoogleraar naar Chomsky kijkt. Dat zou heel begrijpelijk zijn, maar moet wel even gemeld worden, vind ik.
Marc van Oostendorp zegt
Ik schrijf: “Waar ze in die discussie minder aan toekwamen, was de dimensie die Gondry aan de film had toegevoegd.” Vervolgens beschrijf ik die dimensie. Ik raak daarbij 1 keer aan iets wat iemand in de discussie zei – namelijk iets wat Hagoort, vrij zijdelings, te berde bracht. Als ik nu had geschreven “Die D’Alessandro liet iedereen alle hoeken van de kamer zien!” was het iets anders geweest, maar mij lijkt vrij duidelijk dat dit mijn eigen reflecties zijn op vooral de film. De discussie ging logischerwijs meer over de wetenschappelijke waarde van Chomsky’s inzichten en daarover zeg ik nu juist niets.
Berthold van Maris zegt
Oké, daar heb je wel weer gelijk in.
Anneke Neijt zegt
Mooie tekst! Bij ‘gerelateerd’ staan verwijzingen naar oude afleveringen van Neder-L. Dat is natuurlijk het werk van een zoekmachine, Toch raadselachtig, wat het verband is met deze (zogenaamd?) gerelateerde teksten.
Susan zegt
Ik dacht even dat ik een nieuw woord had ontdekt: ‘beketenisleer’. Mooi woord, dacht ik bij mezelf, wat zou het betekenen, misschien iets met het ketenen van woorden? Ik zag het al helemaal voor me, maar helaas, waarschijnlijk is het slechts een verschrijving. Het woord staat onder het kopje Monument, in de eerste zin.
Berthold van Maris zegt
Eigenlijk beschrijf je Chomsky hier als een soort orakel. Een Grieks orakel.
Marc van Oostendorp zegt
Hij heeft daar soms ook wel iets van. Hij doet soms uitspraken die tegelijkertijd apodictisch en duister zijn, bijvoorbeeld over het wezen van ’taal’, waarbij hij met dat begrip dan iets anders blijkt te bedoelen dan anderen. Overigens komt in de film ook juist zijn menselijke kant wel naar boven, niet alleen door zijn ontroering over zijn overleden vrouw, maar ook door de verhalen die hij vertelt over zijn jeugd.
Robert Kruzdlo zegt
Als Chomsky met Goden kan praten wat betekent onze taal dan¿ Misschien niets. Zou Chomsky dat ook misschien bedoelen¿ Wie zijn wij om dat te beoordelen¿ De ene taal verschilt van de ander: https://neerlandistiek.nl/2013/01/noam-chomsky-vindt-wat-ik-doe-onzin/
Valt te lezen: Sorry that I gave such a misleading impression, virtually the opposite of what I’ve always believed, and still do.
Noam Chomsky
Goden, och ook weer een verzinsel en misleiding.