• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Het eerste kwart: Lize Spit, Het smelt

25 augustus 2024 door Marc van Oostendorp 1 Reactie

Rosa Marchant in de filmbewerking (2023) van ‘Het smelt’

Het lijkt me niet onwaarschijnlijk dat de oervorm van de fictie het spel is, het kinderspel: “Jij was de vader en ik de moeder.” Je bedenkt iets, en je bedenkt samen iets. In die oervorm is er nog geen onderscheid tussen spreker en luisteraar, je bouwt samen aan dat presens historicum.

Het kinderspel is het structurerende element van Lize Spits roman Het smelt. Het gaat daarbij om gruwelijke spelen – maar niemand heeft gezegd dat kinderspel alleen maar gezellig samen een huisje bouwen van Lego is. De titel verwijst naar een raadsel dat Eva, de vertelster in het verhaal, aan andere meisjes opgeeft. De bedoeling van het raadsel is dat die meisjes het niet raden en dat ze daarvoor dan gestraft worden, bijvorbeeld doordat ze hun kleren uitdoen. Het is een raadsel waarbij een geheimzinnige situatie wordt geschetst en de deelnemers door ja/nee-vragen te stellen moeten reconstrueren wat er nu precies gebeurd is. Zoals Eva aan het einde iedereen in haar geboortedorp straft door het raadsel nog een keer op te geven, met zichzelf als inzet.

Maar er worden meer kinderspelletjes gespeeld. Eva’s zusje, die steeds compulsiever wordt in haar gedrag, speelt bijvoorbeeld het spelletje Monopoly. Alleen, voor twee verschillende spelers.

Dat verhalen verwant zijn aan het spel, maakt de vertelster ook duidelijk. Om te beginnen natuurlijk met dat raadsel, waarvan de opgave de lezer pas tegen het einde van het boek wordt onthuld (al moet ik zeggen dat ik het raadsel al kende uit mijn eigen jeugd, en het vrij snel herkende, en dat ik vermoed dat dit voor heel veel lezers van heel veel leeftijden gold). Op een bepaald moment denkt Eva na over het verschil tussen anekdotes en roddels, de volwassen tegenhangers van het kinderspel:

Anekdotes zijn anders. Het zijn de niet-tijdgevoelige roddels. De verhalen die je prima kan verder vertellen, omdat je de persoon in kwestie toch niet persoonlijk kent. Praatjes over mensen die dronken met hun kruiwagen over straat lopen, op twee agenten botsen, hun rijbewijs voor tien dagen verliezen.

Interessant is in dat licht een reactie op Het smelt zoals die van Christophe Van Gerrewey in De Gids. Van Gerrewey windt zich op over Lize Spits stijl, waarin hij allerlei foutjes meent op te merken (dat geklaag over veronderstelde grammaticale foutjes, vooral bij jongere vrouwelijke schrijvers, is de afgelopen tien jaar sowieso een kenmerk van de literaire kritiek), maar bovenal heeft hij moreel bezwaar tegen het gepresenteerde. Na een opsomming van de inderdaad vele gruwelijkheiden (de smerigheid, het sadisme, enz.) verzuchtte Van Gerrewey:

Niets in dit boek heeft meer dan één functie, en de smerigheid moet maar één ding opleveren: aandacht, van alle lieve lezers. Ik vind het legitiem om dat moreel af te keuren: het heeft geen maatschappelijk nut om de inhoud van Het smelt ‘waarneembaar’ te maken, en zeker niet in deze mate. 

Met andere woorden: dit is sensatiezucht, want geweld mag eventueel wel getoond worden in een roman, maar dat moet ‘maatschappelijk nut’ hebben. Ik neem aan dat dit betekent dat het mag als de lezer bijvoorbeeld gewaarschuwd moet worden tegen geweld, of aan het denken moet worden gezet over geweld.

Het is bewonderenswaardig dat iemand een dergelijk standpunt naar voren brengt – want openlijke moraliteit is niet populair in de literaire kritiek. Maar het gaat voorbij aan het feit dat literatuur een spel is, en dat een spel gruwelijk kan zijn, zomaar, en voor niets. Van Gerrewey suggereert bovendien een aantal keer dat die zinloosheid een nieuwigheid is, maar mij lijkt het juist iets van alle tijden, iets wat we altijd in de literatuur vinden. Er is inderdaad weinig rechtvaardiging voor het lezen van al dat geweld, hoe gruwelijk het allemaal ook is, je beleeft de afschuw (sommige bladzijden kun je alleen maar door je vingers heen lezen) toch lees je verder, precies doordat Spit alle mogelijkheden van het kinderspel, het gruwelijke kinderspel, inzet.

“Ik verwacht dat een roman toestaat om op esthetische wijze de wereld en de mensheid beter te begrijpen”, schrijft Van Gerrewey ook. Er bestaat natuurlijk een moraal die iedere activiteit afkeurt die niet onmiddellijk gericht is op maatschappelijk nut heeft, maar er bestaat natuurlijk ook, en al heel erg lang, een opvatting van kunst die helemaal niet zo’n moreel doel heeft. Moet kunst een les zijn of een spel op het schoolplein, dat is de vraag.

Daar komt bij dat volgens mij juist ook romans als Het smelt inzicht geven in de wereld, of in ieder geval in de mensheid. Niet omdat wat Spit beschrijft nu zo waarheidsgetrouw is of zelfs op een symbolisch manier kan staan voor wijze inzichten – maar omdat het een spel is, en we de menselijke geest in al zijn gruwelijkheid en smerigheid ook leren kennen in het spel dat het speelt, het spel dat het graag leest.


Dit stuk verscheen eerder op Marc las.
In 2024 lees ik 50 Nederlandstalige romans uit het eerste kwart van de eenentwintigste eeuw.
De volledige lijst staat hier. Volgende week: Charlotte Mutsaers, Harnas van Hansaplast (2017)

Delen:

  • Klik om af te drukken (Wordt in een nieuw venster geopend) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Wordt in een nieuw venster geopend) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Wordt in een nieuw venster geopend) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 21e eeuw, Het eerste kwart, letterkunde, Lize Spit

Lees Interacties

Reacties

  1. Bart Haers zegt

    25 augustus 2024 om 13:12

    Dit stuk entameert een oude discussie over een hedendaags boek. Maar de moraliteit van een roman die volkomen past in een ideologie van maatschappelijk nut, inclusief voortplanting is toch ook bedenkelijk. Walschap, die een appeltje schilde met de burgerlijke en vooral kerkelijke moraal, zag zijn boeken uit het Repertorium, opgesteld binnen het katholieke netwerk, met het doel te verhinderen dat mensen het verkeerde boek per toeval in handen zouden krijgen.

    Men kan natuurlijk spreken over moraliteit, maar toch niet vanuit een paternalistische alwetendheid.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Willem Bilderdijk • De wenschen

Naauwlijks vraagt hy geld en goed,
Of hy zwemt in overvloed.
Straks begeert hy vrouwenmin:
Hy verzadigt zich daar in.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

1837

Toen Dostojewski’s moeder stierf
doodde baron d’Antès Poesjkin.
Nog vijf jaar en Stendhal ontviel,
nog zes, toen stierf ook Hölderlin.

(“Literatuurhistorische overweging bij het lezen van een biografie van Dostojewski.”)

Bron: datering: tussen 1948 en 1955; Tijdrovertje, postuum verschenen, 1992

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

5 september 2025: Jaarcongres van de Werkgroep Zeventiende eeuw

5 september 2025: Jaarcongres van de Werkgroep Zeventiende eeuw

15 juni 2025

➔ Lees meer
20 juni 2025: Presentatie Vertalen wat er niet staat

20 juni 2025: Presentatie Vertalen wat er niet staat

14 juni 2025

➔ Lees meer
14 juni 2025: Programma rondom Een nieuw geluid

14 juni 2025: Programma rondom Een nieuw geluid

11 juni 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

Geen neerlandici geboren of gestorven

➔ Neerlandicikalender

Media

De internationale positie van het Engels

De internationale positie van het Engels

14 juni 2025 Door Marc van Oostendorp Reageer

➔ Lees meer
Inspiratiesessies in het Universitair Museum Utrecht

Inspiratiesessies in het Universitair Museum Utrecht

11 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De Inktpodcast 29: Muziek voor tekst deel I

De Inktpodcast 29: Muziek voor tekst deel I

10 juni 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d