• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Een tijdsinvestering met onzekere uitkomst

17 augustus 2025 door Lenny Vos 1 Reactie

De debuutjaren van Renate Dorrestein  

Dorrestein in 1996, in boekhandel Atheneum (Gedempte Oude Gracht 70 in Haarlem), bij het signeren van haar boek Verborgen Gebreken; Wikipedia

In september zal de biografie over het leven van Renate Dorrestein (1954-2018), geschreven door Iris Pronk en getiteld Altijd te paard, verschijnen. Aan het begin van de zomer verscheen in de reeks Privédomein Buitenstaanders in brieven, een uitgave met de e-mailcorrespondentie tussen Renate Dorrestein en Alex Boogers. Voor mij een mooie aanleiding om deze zomer Dorresteins romans weer uit de boekenkast te halen, te herlezen en me te verdiepen in haar opmerkelijke en succesvolle schrijverschap.  

Buitenstaander in de literatuur 

In Buitenstaanders in brieven zijn we getuige van het ontstaan van een bijzondere vriendschap tussen Renate Dorrestein en Alex Boogers. De twee auteurs hebben op het eerste gezicht weinig gemeenschappelijk. Boogers groeide in de jaren tachtig op in Vlaardingen. Dorrestein was bijna twintig jaar ouder en al sinds het begin van de jaren tachtig een gevierd auteur. Ze kwamen in contact toen zij beiden bij Uitgeverij Podium publiceerden. ‘Een echte jongensclub’, aldus Dorrestein die zich als rechtgeaarde feministe daar toch wel thuis voelde.  

Buitenstaanders in brieven is een fascinerende briefwisseling tussen de auteurs die zich beiden buitenstaanders in de literatuur voelen. Over haar begintijd als vrouwelijke auteur in de jaren tachtig schrijft Dorrestein aan Boogers: ‘Schrijven was een exclusief mannending en het was niet de bedoeling dat wij ons daarin mengden.’ Ze debuteerde in 1983 met de roman Buitenstaanders. De roman was een groot succes, maar dat betekende niet dat ze in de literaire wereld van die tijd geaccepteerd werd, zo schrijft ze: ‘Romans van mij en mijn vrouwelijke collega’s werden hoofdzakelijk gezamenlijk besproken, twaalf ‘recensies’ binnen één stuk, duidelijk afgebakend als een aparte, dubieuze categorie waarmee de besprekers geen raad wisten’.  

Boosaardig sprookje 

Tussen de vele romans van Renate Dorrestein staat in mijn boekenkast een klein boekje van haar uit 2012 met de titel De zondagmiddagauto. Het bevat een verhaal en een ‘ouverture’, een uitgebreide inleiding waarin ze beschrijft hoe ze kort daarvoor in bezit kwam van een stapeltje vergeeld papier in een plastic mapje. Pas als ze begint te lezen herkent ze haar eigen tekst van lang geleden. In die tijd schreef ze naast haar journalistieke werk zeven jaar lang ieder jaar een roman. Tevergeefs, uitgeverijen lieten haar steevast weten dat ze haar werk niet wilden publiceren.  

De totstandkoming van De zondagmiddagauto was een kantelmoment in haar leerproces als auteur. Ze had inspiratie opgedaan tijdens haar vakantie in Schotland. Daar zag ze op een afgelegen plek een huis met een auto en in de deuropening stond een vrouw met onwaarschijnlijk lang haar. Dit zette haar fantasie in werking: 

Tot dat moment had ik dingen bedacht wanneer ik schreef. Ik had steeds uit alle macht iets verzonnen en daar vervolgens mijn wrochtende hand op losgelaten. Nu was het alsof ik iets kreeg aangereikt.

Het verhaal leest als een hedendaags sprookje. Drie broers wonen met hun zus in een afgelegen huis en verdienen hun geld met het repareren van voertuigen. Op een dag kopen ze in een opwelling een auto van een zigeuner. Dit zal hun voortkabbelende bestaan danig verstoren. Ze vatten het plan op om met hun zus op zondagmiddag naar de bewoonde wereld te rijden. De broers worden tijdens de rit overmoedig en het uitstapje eindigt met een gestrande auto. 

Veel in het verhaal blijft mysterieus en onuitgesproken, zoals de dubieuze relaties tussen de gezinsleden. De zus is een onaards mooie verschijning en de broers rivaliseren om haar affectie. In dit verhaal komen al elementen uit haar latere werk voor: een afgelegen huis in een woest landschap, intense en eigenaardige familieverhoudingen en de kracht van het noodlot. Het is waarlijk een ‘vintage’ Dorrestein. 

Zelf was Dorrestein aangenaam verrast door haar vroege werk, zo schrijft ze in de inleiding: ‘de broeierige sfeer van het boosaardige sprookje bekoorde me, evenals de hardhandige en onalledaagse personages.’ Toch heeft ze er wel het nodige op aan te merken: ‘Mijn dertig jaar jongere ik had niet erg bezuinigd op bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden, en het verteltempo had wel wat hoger gekund.’ 

Een onzekere uitkomst 

Het verhaal De zondagmiddagauto verdween in de jaren tachtig voor lange tijd uit haar herinnering. Dorrestein schreef in die tijd verwoed verder aan wat haar debuutroman zou worden. In Het geheim van de schrijver (2000) maakt ze haar lezers deelgenoot van haar schrijfproces en blikt ze terug op haar debuutperiode: 

Door fictie te schrijven wilde ik me bevrijden uit de ketenen van het alledaagse. Ik wilde verhalen vertellen die de werkelijkheid een beetje oprekten, die zouden verontrusten én amuseren. Uiteraard wees niets erop dat de wereld daarop zat te wachten, maar zoals iedere schrijver in spe meende ik dat mijn werk wel degelijk iets zou uitmaken voor het leven op de planeet aarde. En zo begon ook ik met niets anders dan hoop, aan een tijdsinvestering met onzekere uitkomst.

Dorrestein bewandelde haar eigen pad als auteur in spe. In de achttiende druk van Buitenstaanders beschrijft ze in een nawoord de weg naar haar debuut. Haar achtergrond en netwerk als journalist kwamen daarbij goed van pas. Een grote rol had literatuurwetenschapper Hannemieke Stamperius, die ze had leren kennen bij Opzij. Onder de naam Hannes Meinkema was ze bekend als auteur van romans als En dan is er koffie (1976). Dorrestein vroeg haar om haar manuscript, dat ze toen al van twee uitgeverijen retour had gekregen, kritisch te lezen. Stamperius wees haar op beginnersfouten, stimuleerde haar om de tekst te herschrijven en bracht vervolgens het herziene manuscript onder de aandacht van haar uitgeverij. Deze keer met succes. 

Buitenstaanders werd een ‘bestseller’ én een ‘everseller’. Niet alleen de lezers waren enthousiast over de roman, ook de recensenten onthaalden Dorrestein als veelbelovend nieuw talent in de Nederlandse literatuur. ‘Het gebeurt zelden, maar soms komen schrijvers als het ware uit de lucht vallen. Renate Dorrestein is er zo een,’ zo meldt Het Parool, dat het debuut typeert als ‘spektakel, humor, tragiek en heel veel leesplezier.’ 

Maatschappijkritische ondertoon 

Buitenstaanders is een overvolle roman, waar je weliswaar doorheen vliegt door de vlotte stijl maar waar je als lezer ook goed je hoofd bij moet houden. De absurde situaties en interacties tussen de personages volgen elkaar in hoog tempo op. Het duizelt de lezer aan namen, eigenaardigheden en onalledaagse familieverhoudingen. Het verhaal begint wanneer een gezin op zoek naar hulp na een auto-ongeluk terecht komt bij een groep mensen, die gezamenlijk in een afgelegen huis wonen. In sneltreinvaart maakt de lezer kennis met de bewoners Agrippina, Lupo, Marrie en Wibbe. Verder wonen daar Biba en Ebbe, die samen met hun overleden drielingzus Sterre een eigen fabelachtige tovertaal hadden. En dan organiseert Agrippina ook nog net die dag dat het gestrande gezin aanklopt voor hulp een feest ter ere van een bijzondere gelegenheid. 

De sprookjeselementen voeren in de roman weliswaar de boventoon, toch heeft het debuut ook een maatschappijkritische ondertoon. In haar essay over gothic elementen in Dorresteins romans duidt Hella S. Haasse het afgelegen huis en zijn bewoners als een psychiatrisch experiment. Het huis blijkt een zogenaamd ‘fasehuis’ te zijn ‘dat weliswaar nog, zoals in de psychiatrie gebruikelijk, was weggestopt achter hoge bomen, maar waar isoleercellen en hekken geheel en dokters vrijwel ontbraken’. Dat Buitenstaanders daarnaast tijdloos is, verbaasde Dorrestein. In haar nawoord bij de achttiende druk citeert ze een scholier die haar recent had laten weten: ‘Er wordt nu ook nog steeds naar mensen gekeken of ze er wel bij horen en of ze worden geaccepteerd. Op dat gebied is het verhaal dus heel herkenbaar voor mij.’ 

Vaste ingrediënten 

De afgelegen locaties, de vele personages en hun eigenaardigheden en geheimzinnige gebeurtenissen zijn vaste ingrediënten in haar romans uit de beginperiode. Net als het afgelegen huis uit haar eerste verhaal De zondagmiddagauto heeft het verborgen huis bij de rivier in Buitenstaanders een belangrijke rol. Ook haar andere romans uit die periode spelen zich af op afgelegen locaties. In Een nacht om te vliegeren (1987) komen de personages samen in een afgelegen villa aan een meer voor een midzomernachtsfeest, dat totaal uit de hand loopt. In Noorderzon (1986) vlucht de verteller Topaas voor het noodlot naar een Schots eiland, waar ze onderdak krijgt in een spookachtig huis met eigenaardige bewoners. In haar latere romans is de griezelige sprookjesachtige setting verdwenen en spelen de romans zich af in een herkenbare omgeving met wat meer alledaagse personages. Alhoewel, in De stiefmoeder (2011) ontmoet het hoofdpersonage Claire, een gelauwerde quilt-kunstenares, in een winkel in een Brits kustplaatsje een echte vampier.  

Wat ook blijft is haar kritische kijk op de samenleving. Haar autobiografische relaas Het perpetuum mobile van de liefde (1988) opent ze met: ‘Alle mannen in dit boek zijn karikaturen. Dat is historisch zo gegroeid.’ Haar feministische opvattingen verwerkt ze ook in haar romans, waarin je sterke vrouwen aantreft die het voortouw nemen. Zo runnen in Het Hemelse Gerecht (1991) twee zussen samen een exclusief restaurant. Wanneer hun minnaar aankondigt te vertrekken, nemen ze wraak. Het is in Dorresteins universum niet langer meer ‘the mad woman in the attic’, maar de verstoten minnaar die als straf op zolder wordt opgesloten. 

Lezers als bondgenoten 

Renate Dorrestein verwierf een grote schare aan trouwe lezers. In interviews benadrukte ze dat in haar schrijverschap het contact met haar bondgenoten centraal staat. Deze trouwe lezers waren voornamelijk vrouwen van boven de vijftig en vaak verenigd in leesclubs. Voor de roman De leesclub (2010) was deze groep haar inspiratiebron. Naast een vermakelijke roman bevat dit boek ook reistips, een uitgebreid interview en discussieonderwerpen.  

De roman biedt in ieder geval veel stof voor discussies in leesclubverband. In het verhaal, dat de vorm heeft van een rechtbankverhoor, verweren de leden van een leesclub zich tegen de aanklacht dat zij tijdens een literaire cruise ‘hun allerfavorietste’ auteur Gideon de Wit hebben vermoord. Alle vooroordelen over deze vrouwen komen aan bod. In haar roman rekent Dorrestein ook af met de eigenaardigheden en grote ego’s van diverse mannelijke vakgenoten. Zelf blijft ze als auteur ook niet buiten schot als ze Gideon de Wit haar literaire opvattingen laat beschimpen. 

Aanleiding voor deze roman was het dedain waarmee in de literaire wereld werd gesproken over vrouwen in leesclubs, zo vertelt ze in het interview. Ze wilde een eerbetoon brengen aan de vrouwelijke lezers die ‘de literatuur overeind houden’ en koos deze keer als verteltechniek voor slapstick:  

In een boek van mij kom je gezellig binnen, je wordt er verwelkomd, en als je je voeten op tafel hebt gelegd, gaat die trein helemaal los. In dit geval […] werkt dat hopelijk ook zo, alleen heb ik gebruik gemaakt van technische middelen die volkomen haaks staan op wat gebruikelijk is. […] Ik heb allerlei literaire conventies omgedraaid. […] Ik heb alle wetten van de literatuur overtreden.

Daarnaast wilde Dorrestein ook haar kennis over Schotland met haar lezers delen, want net als haar allereerste teruggevonden verhaal speelt ook deze roman zich af in een afgelegen Schotse kustprovincie. 

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel, Uitgelicht Tags: 20e eeuw, 21e eeuw, letterkunde, Renate Dorrestein

Lees Interacties

Reacties

  1. Wim Petersen zegt

    18 augustus 2025 om 08:09

    Voor de liefhebber heb ik de verzamelde werken van Rubinstein. Ophalen in Delden, Of opsturen. Wim Petersen,

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Wim PetersenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 januari 2026: Vlekflits

2 januari 2026: Vlekflits

5 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d