Ter aanzetting van zichzelf en de zijnen kon men vroeger uit de voeten met het woord weten ‘laten we’, zoals in weten gaan ‘laten we gaan’. Dit is niet het ons bekende weten ‘kennis hebben’ maar een geheel ander erfstuk uit het Germaans. Een aansporing In de overlevering van onze taal komen we tot het einde der middeleeuwen dit eigenaardige weten tegen in … [Lees meer...] overEtymologica: Weten gaan!
Etymologica: De herde
Hoor de hoeven over de heide gaan, de kiezen kauwen op kruid en struik, en bij hamel de bel van hals bengelen. Hier treedt een kudde, of een herde, om te spreken met een oud woord dat nog in herder schuilt en verwant is aan scheren—maar niet hoe u denkt. Rovers zelfs Al sinds zijn vroegste overlevering in onze taal wordt kudde voor groepen en troepen van … [Lees meer...] overEtymologica: De herde
Etymologica: De hoogte van Ochten
Winter, 1789. Tegen de dijk van het dorp Ochten aan de Waal prijkt een grote berg van kruiend ijs die gauw beklommen en getekend wordt. Het is een schouwspel dat de naam van het oord betaamt, want Ochten beduidt wel iets als ‘(ter) hoogte’. Ligging en overlevering Ochten bevindt zich in de Neder-Betuwe aan de rechteroever van de Waal. Ter plekke is aardewerk uit de … [Lees meer...] overEtymologica: De hoogte van Ochten
Etymologica: Mijn lieve, mijn tete
Zoete woorden komen en gaan, en gegaan uit onze taal is het oude teet ‘blij; lief’, dat niet zelden voor namen gebruikt werd en dan vaak als een liefkozend achtervoegsel diende. Het overleeft versleten in oorspronkelijk Germaanse namen als Hoite en Jelte. In alledaagse spraak Los is teet kennelijk maar één keer te vinden in de … [Lees meer...] overEtymologica: Mijn lieve, mijn tete
Te wad in de schemer der geschiedenis
Ptolemaîos de Griekse aardrijkskundige noemde omtrent het jaar 150 twee belangwekkende inheemse namen van een stroom en haven in noordelijk Nederland: Ouídros en Mararmanís. We gaan met nieuwe inzichten wederom op zoek naar hun plek en betekenis. Onbekend wordt welbekend Al in de vierde eeuw voor onze jaartelling had de Griekse koopman Pythéas onze delen … [Lees meer...] overTe wad in de schemer der geschiedenis
Thule, een ver en afgelegen land
Hoog in het noorden is een eiland waar volgens de barbaren de zon te ruste gaat, schreef een Griekse ontdekkingsreiziger meer dan 2300 jaar geleden. Het heette volgens hem Θούλη, vanwaar de Romeinen Thule schreven. Wat beduidt deze mogelijk Germaanse naam? Onbekend gebied Tegen het einde van de vierde eeuw voor Christus begon een koopman vanuit de Griekse … [Lees meer...] overThule, een ver en afgelegen land
Woen de Wijze en de Duim der Waarheid
Smukwerk uit de vroege middeleeuwen des noordens toont soms een gestalte met duim in of bij de mond. Het vermoeden van een verband met de Germaanse zienergod wordt gesterkt door twee zeldzame, vergeten Nederlandse woorden: woedenspanne en woenlid. Een wijde verbreiding In de noordelijke beeldkunst geboren in de Grote Volksverhuizing, wanneer Germaanse … [Lees meer...] overWoen de Wijze en de Duim der Waarheid
De nijvere neemt het nauw
Volgens de woordenboeken is nijver niet meer dan een samentrekking van in ijver, als ware het door misverstand ontstaan. Een schouw van evenknieën als Gronings nuver en andere verwanten duidt echter op een veel rijker verleden, te doen met nauwnemendheid. Onderbeschouwd Het jongste, grootste en meest geleerde van onze herkomstkundige werken, … [Lees meer...] overDe nijvere neemt het nauw
Etymologica: De Germaanse heilwens
Wanneer in The Lord of the Rings de koning van Rohan na lange tijd zijn zwaard weer in hand krijgt—en zo uit zijn sluimer komt—wordt hij begroet met de woorden westu Théoden hál! Het is een vorm van een ooit gangbare heilwens uit de Germaanse oudheid. Een van vele erfstukken Meer dan de meeste van zijn vaak smalende maatnemers was J.R.R. Tolkien … [Lees meer...] overEtymologica: De Germaanse heilwens
Etymologica: Hoe de haai aan zijn naam kwam
Rondom hun eenzame houten vaartuig doorklieft een stel vinnen de waterspiegel. De zeelui, niet allen vertrouwd met de aanblik, zijn op hun hoede. Bij de god van het diepe, wat gaat daar? De zo getoonde vinnen lijken op delen van hun eigen scheepsboord. Enkele vormen Hoewel Nederlands haai door meerdere talen overgenomen is, bijvoorbeeld als … [Lees meer...] overEtymologica: Hoe de haai aan zijn naam kwam
Etymologica: Eer aan de wellegodin
Tussen de brokstukken van de Romeinse vesting Vindolanda in Noord-Engeland vond men twaalf jaar geleden een wijsteen met de voordien onbekende godinnennaam Ahuardua. En daarin was onmiddellijk een Germaans woord voor ‘stromend water’ te herkennen. Ontdekking Vindolanda bestond al enkele tientallen jaren toen de muur van Hadrianus ergens na het jaar 122 erlangs gebouwd … [Lees meer...] overEtymologica: Eer aan de wellegodin
Etymologica: De wapenroep
Met kreten als wapen! en tiodute! werd vroeger van oudsher om hulp tegen aanvallen en misdaden geroepen, hulp waartoe hoorders in veel streken zelfs verplicht waren—met wapens als ze die dragen mochten. Een roep gold ook als bewijs van aanranding of erger. Een oude gewoonte Het toonbeeld van de wapenroep in rechtsverband prijkt in de Saksenspiegel, een invloedrijke, … [Lees meer...] overEtymologica: De wapenroep
In de greep van het kruid
Het zo vertrouwde kleefkruid heeft vele namen, waaronder Drents en Gronings tongel en Middelnederduits tûnride. De ene is licht te begrijpen, de andere lijkt gek genoeg op Middelhoogduits zûnrite en Oudnoords túnriða, waarmee een boze geest bedoeld werd. Haakjes Kleefkruid behoort tot het geslacht walstro en woekert gewoonlijk waar de bodem voedselrijk en … [Lees meer...] overIn de greep van het kruid
Etymologica: Wanneer de woorden samengroeien
Onze taal heeft samenstellingen en afleidingen, opzettelijk gesmeed, en onze taal heeft losse verbindingen die mettertijd als woorden op zich gezien worden. Maak indruk op lezers en luisteraars door eens zulke samengroeiingen te ontsamenen. Naar verhouding Hoewel ze maar een klein aandeel van onze woordenschat vormen worden samengroeiingen zeer regelmatig gebruikt. We … [Lees meer...] overEtymologica: Wanneer de woorden samengroeien
Etymologica: Een verhaal van boom en trie
Hoe dichterlijk dat juist van het woord boom de groei en oorsprong maar lastig na te gaan zijn. Helder echter is het lange verleden van het evenwoord trie, dat in zijn reine verschijning in ons taalgebied beperkt is tot een oord aan de zuiderzoom. Boom In het Nederlands en andere Westgermaanse talen verwijzen de verschillende vormen … [Lees meer...] overEtymologica: Een verhaal van boom en trie
Etymologica: Het Kolenwoud tot Turenhout
Dwars door België strekte ooit het wijde bos dat silva Carbōnāria heette bij de Romeinen. Een oude inheemse benaming leve voort als de oordnaam Turnhout, voorheen Turenhout, met de Germaanse evenknie van Latijn dūrus ‘hard’ en Sanskriet dūráḥ ‘ver, wijd’. De perken Gelijk een lange gordel scheidde het west van oost, een wilde grens vormend van vooral eiken en beuken, al … [Lees meer...] overEtymologica: Het Kolenwoud tot Turenhout
Vuur als levend wezen
De verre voorloper van onze taal had twee woorden voor vuur: het ene onzijdig, het andere mannelijk. Ze zouden een tegenstelling weergeven tussen vuur als lijdzame zaak en vuur als bezielde kracht, een voorstelling die in het aloude oostervuur voortleve. Godsdienst Vuur is de boodschapper, de overbrenger van offers aan de goden, en als zodanig eerwaardig. Zo was het … [Lees meer...] overVuur als levend wezen
De keefse
Met de verschijning van het tweede deel van Dune op het witte doek betreedt het begrip ‘bijzit’ wederom het wijdere bewustzijn. Nu wordt daar vaak het leenwoord concubine voor gebruikt, vroeger het raadselachtige erfwoord keefse. Een oude verhouding Streng genomen is een bijzit een vrouw die in buitenechtelijke gemeenschap met een man leeft. … [Lees meer...] overDe keefse
Etymologica: In volle varwe
Kleur tooit het land weer nu de krokus bloeit als vrolijke voorbode van Vrouwe Oostere, de lieve lentegeest. We kunnen haar wel evengoed Vrouwe Varwe noemen, met het oude woord voor ‘kleur’ dat ons allen nog bekend is in zijn nieuwere, mindere vorm verf. In het Germaans, de voorloper van onze taal en dier zusters, moet dit woord nog *farwō geluid … [Lees meer...] overEtymologica: In volle varwe
De grond van Mercurius Arvernus
Gallië’s vermogende stam der Arvernī had beeld en bergheiligdom gewijd aan hun Mercurius. Enkele tweede-eeuwse wijstenen voor Mercurius Arvernus lijken hem te bedoelen maar zijn alle ver weg in Germanië gevonden. Is de gelijkenis dan slechts toeval? Een stam Arvernī is hoe de Romeinen de naam van deze stam al voor onze jaartelling opschreven met Latijnse … [Lees meer...] overDe grond van Mercurius Arvernus
De minder bekende schat van Oss
Rijk zijn de giften die vorige eeuw bij Oss in de grootste grafheuvel van Nederland gevonden zijn. Vorstelijk is het zwaard met been en goud in houten hilt dat voor begraving opzettelijk omgebogen was. Oss heeft echter nog een andere oude schat: zijn naam. Rusting in heuvels Aan het begin van de ijzertijd in de Lage Landen, een kleine drieduizend jaar geleden, werd even … [Lees meer...] overDe minder bekende schat van Oss
Etymologica: De geheimzinnige Veluwse bosnaam Sysselt
Het jaar is 1427 wanneer Arnold, hertog van Gelre, een stuk bos op de Veluwe afstaat aan zijn leenman Udo de Boze, heer van Kernhem. Dit bos heet dan de Zijsselt, nu de Sijsselt of Sysselt, een naam die met woorden voor toverkunst te verbinden is. Een kleine geschiedenis Heden staat de Sysselt (ter plekke uitgesproken als Sieselt) op de hoge grond … [Lees meer...] overEtymologica: De geheimzinnige Veluwse bosnaam Sysselt
Wat talingen tekent
Met een groene oogschaduw geschikt voor de jaren tachtig gaat het manvolk der wintertalingen welgesmukt de wereld door. Ook de zomertalingen zijn mooi bij de kijkers gevlekt, zij het met wit. Ligt dat misschien vervat in de benaming taling? Niet alleen de kleur van de vlek verschilt tussen de twee talingen hier, ook de plek en vorm. Bij de wintertaling wordt het oog geheel … [Lees meer...] overWat talingen tekent
Germaanse woorden voor torens
Dankzij de Romeinen is in alle Germaanse talen een vorm van toren gangbaar, maar dat zegt niet dat men in onze streken eerder geen weet van rijzig bouwen had. We bekijken wat noordelijke woorden voor torens, waarvan een zeer oud lijkt: Oudhoogduits urrea. Tweeduizend jaar geleden Een van de eerste getuigenissen van een toren gebouwd door Germanen is te vinden in … [Lees meer...] overGermaanse woorden voor torens
De Bharatās: de stam die India zijn naam gaf
Duizenden jaren geleden stichtten de Bharatās hun koninkrijk in het noorden van het land dat India zou worden en naar hen ook Bhārat heet. Deze naam, heden steeds sterker uitgedragen, is geestelijk rijk en heeft verwanten in de Germaanse talen. Een keuze “India, dat is Bhārat, zal een Verbond van Staten zijn.” Zo begint de grondwet van het land dat zich in 1947 losmaakt … [Lees meer...] overDe Bharatās: de stam die India zijn naam gaf