• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Toen Londenaren Nederlands verstonden

29 augustus 2014 door Marc van Oostendorp 4 Reacties

Door Marc van Oostendorp

In 1599 werd de Londense toneelbezoeker getrakteerd op een toneelstuk, waarin een zekere Lacy zich vermomt als een Nederlander om met een meisje te kunnen trouwen. Hij zingt dan:

Er was een bore van Gelderland
Frolick si byen,
He was als dronck he cold nyet stand,
Upsolce se byen.
Tap eens de canneken,
Drincke scheve mannekin.
(Er was eens een boer van Gelderland; vrolijk zijn zij. Hij was zo dronken dat hij niet kon staan, op zijn benen. Tap eens een kanneke, drink dronken manneke.)

Het lokale publiek kon dit wonderlijke mengeling van Nederlands en Engels kennelijk min of meer volgen, of in ieder geval herkennen. Dat was niet zo vreemd: in de zestiende en de zeventiende eeuw emigreerden relatief grote groepen Nederlandstaligen (vooral Vlamingen) naar het zuidoosten van Engeland, eerst als religieus vluchteling en later ook om er te gaan werken. Naar die groepen en hun taal is maar weinig onderzoek gedaan, maar in een nieuw nummer van Taal en tongval wordt daar radicaal verandering in aangebracht.

Haegsche kermis
Volgens het artikel van Christopher Joby was het Nederlands gedurende een korte periode tamelijk succesvol. Zeker de eerste golven van protestante migranten waren vaak behoorlijk rijk en succesvol, en bovendien werd het Nederlands ook aan het hof van Koning Willem III gebruikt. Willem lijkt zelf eigenlijk nauwelijks of geen Engels te hebben gesproken. Zijn secretaris Constantijn Huygens jr. noteerde af en toe een nostalgische uitspraak van de koning in zijn dagboek:

‘Het is warm weer; het is nu Haegsche kermis. O, dat men nu soo, gelijck een vogel door de lucht, eens konde overvliegen! Ick gaff er wel hondert duysent gulden om’; en een weynich daer nae: ‘Jae, ick gaf er wel twe hondert duysent gulden om’.

De Vlamingen bleven bovendien lang aan hun taal vasthouden. Dat kwam vooral doordat ze die taal ook voor religieuze doelen bleven houden: in steden als Colchester, Norwich en Sarwich waren Nederlandse kerken en bleef daardoor ook decennialang een Nederlandstalige gemeenschap bestaan.

Landscape

Volgens Peter Trudgill hadden die Vlamingen ook invloed op het dialect van Norwich. Dat waren niet alleen woorden – to crowd betekent in het Norwich’ ‘kruien’ en is ook van dat woord afgeleid – maar ook in de woordvorming. In Essex wordt de derde persoon enkelvoud niet verbogen: je zegt er ‘she like it very much’. Volgens Trudgill is dit mogelijk een erfenis van de grote toestroom aan Nederlandstalige (en Franstalige) vreemdelingen. Waar migranten opduiken, verdwijnen subtiliteiten in verbuigingen en vervoegingen; dat wij tegenwoordig een mooie meisje zeggen, danken we ook aan stromen buitenlanders.

Ook de woordenschat buiten het zuidoosten heeft natuurlijk veel aan het Nederlands te danken. Trudgill noemt schipperstermen als cruise, iceberg, pump, yacht en skipper, handelstermen als bluff en brandy en schilderstermen als etch, sketch en landscape. Het was maar een handjevol woorden, terwijl het Engels ze tegelijkertijd met scheppen uit het Frans aan het lenen was; maar het zijn nog een paar stille getuigen van een vrijwel vergeten geschiedenis.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 16e eeuw, 17e eeuw, letterkunde, sociolinguïstiek, taalkunde, toneel

Lees Interacties

Reacties

  1. Jan Stroop zegt

    29 augustus 2014 om 11:45

    Dat we (?) tegenwoordig 'een mooie meisje' zeggen heeft zeker te maken met de invloed van stromen buitenlanders. Maar de echte oorzaak zit 'm in ons taalsysteem: 'een mooi meisje' is/was de enige uitzondering op de regel 'het bijvoeglijk naamwoord heeft altijd een uitgang'. Vandaar die snelle ontwikkeling.
    In de 18e eeuw waren er nog twee uitzonderingen. Toen veranderde 'het lief meisje' in 'het lieve meisje' en daar kwam geen buitenlander aan te pas. Nu is dus de laatste uitzondering aan de beurt.

    Ter vergelijking. Ik hoor dagelijks buitenlanders zinnen zeggen als 'Morgen ik kom' en 'omdat ik heb geen tijd', maar geen Nederlander die dat overneemt.

    Beantwoorden
  2. HC zegt

    29 augustus 2014 om 15:46

    Dat "wij" in "… dat wij tegenwoordig 'een mooie meisje' zeggen…" lijkt me ook nogal voorbarig. Je hoort het hier en daar, net zoals 'de meisje', waarbij sommigen al even voorbarig suggereren dat het lidwoord "het" op het punt staat te verdwijnen, maar al dan niet nieuwe afwijkingen van het courante, algemene taalgebruik, zijn vooralsnog niet meer dan dat: afwijkingen. Veel van die afwijkingen halen het nooit, sommige wel. Sommige taalkundigen – ik beweer niet dat geldt voor MvO – roepen maar wat graag elk nieuwtje uit tot nieuwe taalvariant met "bijpassend" etiket (een beetje zoals "tussentaal" en "poldernederlands" in het leven zijn geroepen. Die kan dan 'bestudeerd' worden, er kunnen 'eigenschappen', 'kenmerken', 'gelijkenissen/verschillen mét' worden 'vastgesteld' en er kan een karrenvracht artikels aan gewijd. Waarbij wel eens uit het oog wordt verloren dat wat men vaststelt amper afwijkt van het origineel en in wezen nauwelijks een eigen naam verdient.

    Beantwoorden
  3. Marc van Oostendorp zegt

    29 augustus 2014 om 17:02

    Die redenering kan ik niet volgen. Waar bevindt zich dat taalsysteem precies waar 'een mooie meisje' wel in past en 'morgen ik kom' niet?

    In het Engels zei men honderden jaren geleden óók 'morgen kom ik'. Tot daar – volgens sommige door migratie en intensief contact met Frans- of Scandinavisch-taligen – iets begon te verschuiven. Hoe zit dat? Was het Engelse 'taalsysteem' al vanaf het begin anders dan het Nederlandse?

    Beantwoorden
  4. Jan Stroop zegt

    29 augustus 2014 om 20:42

    Ik beweer niet dat een 'taalsysteem' en taalgevoel onveranderlijk en statisch zijn. Kijk maar naar 'u heeft', dat niemand in de negentiende eeuw uit zijn strot kon krijgen, terwijl dat er nu soepel uitglijdt.

    Ben benieuwd wat er gebeurt als hier de Frans- en Scandinavisch-taligen binnenstromen.

    Beantwoorden

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Michel van der Plas • Uit Amerika

een hardnekkig vasthouden aan een stal,
aan koetsbellen die niet uit het gehoor
mogen; star blijft men een ster op het spoor
tot die zich op zijn dak nestelen zal

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

IJSBLOEMEN

Het raampje is een Séraphine,
een bloemstilleven ongezien,
een nonnenspiegel, een gewas
vol donzen dorens, melk van gras,
oase onder een pak sneeuw,
berijpte manen van een leeuw,
albino’s, schedelverentooi,
strikken van tule, ’t krullenooi —
ze drukt haar pop tegen haar vacht
en ooilam, ooilam zegt ze zacht —,
paard, pluim, toom, tuig en rinkellast,
dood fluitekruid, een holle bast,
een schalvel, een dicht berkenbos,
een meisjesschool met haren los
het duin afrennend wie-het-eerst,
een knippapieren kinderfeest,
van porselein, van gips, van steen,
soldaten op hun tinnen teen.
Het ziet er van de doden wit. [lees meer]

Bron: Spinroc en andere verzen, 1958

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

13 februari 2026: DBNL-dag 2026 in Den Haag

13 februari 2026: DBNL-dag 2026 in Den Haag

24 december 2025

➔ Lees meer
6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

17 december 2025

➔ Lees meer
28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

16 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

sterfdag
1937 Adriaan Beets
1978 Mea Verwey
➔ Neerlandicikalender

Media

Gerard Kornelis van het Reve – Kerstbrief (1963)

Gerard Kornelis van het Reve – Kerstbrief (1963)

23 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Publieke Intellectuelen: Maria Dermoût

Publieke Intellectuelen: Maria Dermoût

22 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Lidy Zijlmans: bijna vijftig jaar ervaring in de NT2

Lidy Zijlmans: bijna vijftig jaar ervaring in de NT2

22 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d