• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

De kerstdag dat ik lekker ging indringers keuren

25 december 2014 door Marc van Oostendorp 1 Reactie

Door Marc van Oostendorp


Een bijzin is als een collegezaal en werkwoorden zijn als eerstejaarsstudenten: ze willen allemaal achterin zitten. Vandaar dat je zegt dat je Piet Josje de kinderen wel had willen helpen leren zwemmen: vijf werkwoorden op een kluitje.

 

In Nederland slaagt slechts een enkel woordje erin dat geklit van die werkwoorden te doorbreken; een voorzetsel bijvoorbeeld, dat dan als voorvoegsel gevoeld wordt. In plaats van ik denk dat ik dat wel over wil doen kun je ook zeggen ik denk dat wel wil overdoen. In Vlaanderen lukt het meer woorden: daar kun je ook zeggen dat je denkt dat je moet een schuur bouwen, waar de naamwoordgroep een schuur tussen moet en bouwen kan staan.

 

Toch is er geen enkele groep werkwoorden, ook niet in Vlaanderen, die zomaar iedere indringer in zijn midden toelaat. Er zijn zelfs voor de meest volhardende spreker van het Vlaams, heel duidelijke, en ook goed te begrijpen, beperkingen op welk woord er wel of niet tussen kan staan. Die beperkingen zijn bovendien geloof ik ook voor Nederlanders, in ieder geval voor mij, na te voelen: ik vind dat je moet groente kopen is misschien niet de allerbeste zin sinds de opening van de Max Havelaar, maar in ieder geval een stuk acceptabeler dan Ik vind dat je moet een groentepakket van tien euro kopen.

Brood met pindakaas

 

Mijn collega aan het Meertens Instituut Lotte Hendriks publiceerde deze week een artikel over het verschijnsel: Variation in verb cluster interruption. Ze legde aan veertig Vlamingen zinnen voor met allerlei binnendringers in de ‘werkwoordelijke eindgroep’, zoals die streng balloterende bende aan het eind meestal genoemd wordt.

 

Een belangrijke factor in de aanvaardbaarheid bleek de ingewikkeldheid van de binnendringer: hoe ingewikkelder, hoe moeilijker in te voegen. De groep brood met pindakaas is ingewikkelder dan brood en wordt daarom makkelijker uitgestoten uit de eindgroep.

 

Die ingewikkeldheid kan niet geteld worden in lettergrepen: dat ik moet een pen kopen is niet beter of slechter dan dat ik moet een thermometer kopen of dat ik moet een pennetje kopen, maar in termen van zinsontleding: ‘brood met pindakaas’ is een naamwoordelijke woordgroep met een voorzetselgroep erin, en brood alleen een zelfstandig naamwoord. Je telt dus woorden, geen lettergrepen.

 

Els zoenen

 

Een andere, maar mogelijk wel verwante factor, is dat woordgroepen die iets heel specifieks beschrijven veel minder makkelijk zo’n werkwoordelijke eindgroepen binnenkomen. Ik vind dat Jan moet de auto verkopen werd door vrijwel niemand aanvaard, terwijl ik vind dat Jan moet auto’s verkopen veel aanvaardbaarder klinkt. Dat komt doordat auto’s niet gaat over een welomschreven groep. Zo vinden mensen ik vind dat Jan moet Els kussen ook vrijwel allemaal slechter dan ik vind dat Jan moet brood eten.


Al te ingewikkelde en al te specifieke woordgroepen komen er dus ook bij Vlaamse werkwoorden niet tussen. Dat bevestigt maar weer eens wat uit ander taalonderzoek blijkt: mensen doen nooit zomaar wat. In dit geval laten Vlaamse sprekers niet zomaar woorden toe in hun eindgroepen, omdat ze niet beter zouden weten, omdat hun eindgroepen anarchistische zootjes zijn. Daarvoor is de ontleding en de semantische analyse die je moet doen om te begrijpen wat wel en wat niet aanvaardbaar is te ingewikkeld. Onbewust moet iedere spreker voortdurend iedere mogelijke indringer in een werkwoordelijke eindgroep analyseren en keuren alvorens hem wel of niet door te laten.


 

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: syntaxis, taalkunde, taalvariatie, werkwoorden

Lees Interacties

Reacties

  1. Jan Uyttendaele zegt

    2 januari 2015 om 14:31

    'Ik weet dat ik moet een schuur bouwen' lijkt me ook in Vlaanderen erg ongebruikelijk. Maar zinnetjes als 'Ik weet dat ik moet op tijd zijn' (i.p.v. 'Ik weet dat ik op tijd moet zijn') kun je hier zeker horen. Ik heb daar niet zo meteen een verklaring voor.

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Jan UyttendaeleReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Kees Jiskoot • Zwaarmoed en potsier

Maar aan Brusselse loketten
bezig ik hun zoet patois:
Jefke, Ickxske, Sjefke, Krieckxske,
Olland, Olland, Toetatwâ.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

SNOETJE

Een snoetje van ontroering, een snoetje van ontrouw.

Bron: Barbarber, september 1969

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

6 februari 2026: Towards New Horizons of Scholarly Publishing

17 december 2025

➔ Lees meer
28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

28 december 2025: Zesde editie van Winterzinnen

16 december 2025

➔ Lees meer
14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

14 januari – 6 maart 2026: Workshop Slimmer zoeken in Delpher

10 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1901 Pierre Boyens
sterfdag
1891 Jan Beckering Vinckers
1933 Johan Kern
1951 Jacoba van Lessen
2024 Erik Brus
➔ Neerlandicikalender

Media

Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

Het verdwenen botje van Sint-Werenfridus

18 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek 2 Reacties

➔ Lees meer
Elise Vos – Van alles de laatste

Elise Vos – Van alles de laatste

17 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Waar komt al die literatuur vandaan?

Waar komt al die literatuur vandaan?

16 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d