• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Neerlandistiek. Online tijdschrift voor taal- en letterkunde

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Categorie
    • Neerlandistiek voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

De geschiedenis van ooit

13 juni 2015 door Marc van Oostendorp 6 Reacties

Een geschiedenis van het Nederlands in 196 sonnetten (24)
Het Nederlandse sonnet bestaat 450 jaar. Hoe is het de taal in die tijd vergaan?
Door Marc van Oostendorp

Je raakt eraan gewend – lettergrepen tellen. Wie genoeg vroeg zeventiende-eeuwse sonnetten leest, weet niet anders meer. Je voelt de regels van twaalf lettergrepen (of dertien als de laatste onbeklemtoond is), je voelt dat er precies in het midden, dus na de zesde lettergreep een korte pauze zit.

En dus is er iets vreemds met de eerste regel van Justus de Harduwyns sonnet Op den steen der H. Kercke: er ontbreekt een lettergreep!


O Steen dier over-blijf! o steen wijt vermaert,
Die windt, waeter, noch vier oynt en hebt willen mijden.
Op wien den Heerscher groot heeft stervende gaen snijden,
De letters die zijn kerck zoo weerdelijck bewaert.

O schoon-blinckende roots’ die alle mensch verclaert:
In welck’ oock alle ziel moet daeghelijcks verblijden:
O steen ons herten wensch! die hem oock t’aller tijden,
Kan heffen in de Locht, uyt ‘tdiepste vander Aerdt.

Den dierbaeren Saphir heeft zeker eyghentheden:
Soo oock den Emeraud om t’heylen siecke leden:
Voor pest, en quaede Locht nut achtmen den Robyn:
Maer o zaelighen Steen! Steen vrij van alle vlecken,
Wilt in dees ijser eeuw’ my eenen Seyl-steen sijn,
Om my uyt deser aerd’ naer d’Hemelen te trecken.

Balans

Wat is hier aan de hand? Het is moeilijk in te zien dat hier inhoudelijk of syntactisch een woord of een woorddeel ontbreekt, maar het is ook moeilijk in te zien wat voor effect de kleine aarzeling zou moeten bewerkstelligen die het ontbreken van die lettergreep veroorzaakt. Het gaat hier nu juist om een volmaakte en solide steen! Wanneer je teveel sonnetten uit de vroege zeventiende eeuw leest, kan zoiets je dwars gaan zitten. (Een lezer van het blog wijst erop dat het plaatje met de notenbalk laat zien dat het woord soo ontbreekt in de eerste regel.)

Vanaf de tweede regel is sowieso iedere regel in balans. En daardoor komen we ook wat te weten over het woord oynt.

Neusklank

Ooit is een bijzonder woord. Het is bijvoorbeeld uniek voor onze taal, en heeft geen duidelijke pendant in het Duits of Engels. Volgens het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands komt het  vermoedelijk van een oud woordstukje jo dat op zich ‘altijd’ betekende en dat versterkt werd met iets dat leek op het huidige Engelse yet. Dat jojet moet dan op een aantal manieren gesleten zijn: de eerste j ging eraf, en op zeker moment was ook de tweede lettergreep verdwenen.

Dat laatste nu was bij De Harduwijn kennelijk al gebeurd: zijn oynt moet je als eenlettergrepig tellen. Zelfs de n kan daar niets aan veranderen – niemand begrijpt wat die n daar moet, in sommige Vlaamse dialecten vind je hem nog steeds en zeggen ze ooint of oont met een neusklank die uit de lucht is komen vallen.

Dat is het prettige van de moderne tijd voor het taalonderzoek: dat de dichters lettergrepen begonnen te tellen, en dat we dus kunnen nagaan hoe lang hun gedichten waren.

Ontmoet

Die moderne tijd had overigens al een paar voorlopers: we weten dat sommige dichters al in de veertiende eeuw experimenteerden met versvormen waarvoor het nodig was om lettergrepen te tellen. Het leven van Sinte Lutgarde is daarvan het beroemdste voorbeeld en het Middelnederlandsch Woordenboek weet te melden dat in dat gedicht ooit slechts één keer eenlettergrepig is, en verder altijd twee lettergrepen telt, terwijl nooit vaker eenlettergrepig is. (Overigens gebruikt De Harduwijn oynt hier samen met de ontkenning en en dus in de betekenis van nooit).

Op enig moment moet iemand natuurlijk een geschiedenis schrijven van ooit: waar het nu precies vandaan komt, hoe een woord dat ‘altijd’ betekent, ‘op enig moment’ kan gaan betekenen, en uiteindelijk ‘eens’ (‘ik heb je ooit ontmoet’). En dan een dik hoofdstuk erin over hoeveel lettergrepen dichters telden als ze dat woord gebruikten.

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel Tags: 17e eeuw, 196 sonnetten, letterkunde, poëzie, sonnet

Lees Interacties

Reacties

  1. musiqolog zegt

    13 juni 2015 om 11:51

    Er valt me nog iets anders op aan het gedicht: gebruik van den in de eerste naamval (of beter: zonder onderscheid van naamval). Dat is Zuid-Nederlandse spreektaal en daarom gemakkelijk te verklaren, maar dat een dichter het doet is hoogst opmerkelijk (toch?).

    Beantwoorden
  2. K. zegt

    13 juni 2015 om 11:58

    De oplossing voor het probleem in de eerste regel is eenvoudig: er is een woord ('soo') weggevallen. De tweede hemistiche luidt 'o steen soo wijt vermaert', zoals de gedrukte versie onder de notenbalk laat zien (zie link DBNL).

    Beantwoorden
  3. Marc van Oostendorp zegt

    13 juni 2015 om 15:15

    Ah, dit was de vroege zeventiende eeuw. De naamvallen waren toen in de spreektaal al verdwenen, de norm dat ze eigenlijk wel hoorden in dichterlijke taal had zich nog niet gezet.

    Beantwoorden
  4. Marc van Oostendorp zegt

    13 juni 2015 om 15:15

    Juist! Ik pas dat aan.

    Beantwoorden
  5. Ton van der Wouden zegt

    14 juni 2015 om 20:53

    Je schrijft
    Overigens gebruikt De Harduwijn oynt hier samen met de ontkenning en en dus in de betekenis van nooit
    Dat lijkt me te kort door de bocht: "ooit" en "en" zijn allebei afhankelijk van "noch" dat als de echte ontkenning fungeert. Net zoals in het volgende voorbeeld uit het Corpus Gesproken Nederlands (maar dan zonder "en"):
    het FBI noch andere onderzoekers hebben ooit een sluitende verklaring gevonden
    "Ooit" betekent niet wel degelijk "ooit" – ook al is de zin ook te herschrijven met "nooit": "het FBI en andere onderzoekers hebben nooit een sluitende verklaring gevonden" maar dan ligt de nadruk anders.
    Jack Hoeksema weet trouwens heel veel van de geschiedenis van "ooit".

    Beantwoorden
  6. Marc van Oostendorp zegt

    16 juni 2015 om 14:35

    Dank je wel; je hebt gelijk, die zin was iets te snel geformuleerd.

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Ton van der WoudenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Gedicht van de dag

Sint Nicolaas

Zie eens, Mietje! wat al lekkers
U, Sint Nicolaas al bragt;
Omdat ge’ als gehoorzaam Meisje,
Uw verpligting hebt volbragt.

➔ Lees meer

Bekijk alle gedichten

  • Facebook
  • YouTube

Chris van Geel

De koeien schemeren door de heg,
het paard is uit taaitaai gesneden,
in ieder duindal ligt dun sneeuw.

De branding vlecht een veren zee
waar zon over omhoog stijgt, licht waarin
geen plaats om uit te vliegen is.

Bron: Uit de hoge boom geschreven, 1967

➔ Bekijk hier alle citaten

Agenda

2 januari 2026: Vlekflits

2 januari 2026: Vlekflits

5 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

11 december 2025: Anne Frank, schrijfster

3 december 2025

➔ Lees meer
11 december 2025: Proefcollege Nederlands

11 december 2025: Proefcollege Nederlands

2 december 2025

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle agendapunten

Neerlandici vandaag

geboortedag
1946 Dick Wortel
➔ Neerlandicikalender

Media

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

Dichter Esther Jansma (24 december 1958-23 januari 2025)

2 december 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

De postkoloniale podcast met Remco Raben over Pramoedya Ananta Toer

30 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

Peter van Zonneveld over Tjalie Robinson/Vincent Mahieu (1993)

29 november 2025 Door Redactie Neerlandistiek Reageer

➔ Lees meer
➔ Bekijk alle video’s en podcasts

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Inschrijven voor de Dagpost

Controleer je inbox of spammap om je abonnement te bevestigen.

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d