Wat kun je eigenlijk worden met zo’n studie Nederlands, en hoe? Daar willen we graag zoveel mogelijk antwoorden op, voor alle huidige studenten, studiekiezers, en andere nieuwsgierige meelezers. In de toekomstrubriek van Jong Neerlandistiek gaan we de komende tijd interviews verzamelen met afgestudeerden die een leuke baan hebben gevonden.
Toen Lenneke Cuijpers de eerste twee weken bij de studie Nederlands in de collegezaal zat, ontmoette ze ‘haar soort mensen’. Met hen praatte ze tijdens haar studie Nederlands al veel over boeken. Nu mag ze dat in haar werk als acquirerend redacteur bij een fictie-uitgever nog steeds doen. In dit interview lees je over wat dit beroep inhoudt en hoe Lenneke bij de fictie-uitgever terecht is gekomen.
Hoe kwam je bij de keuze Nederlands te studeren?
“Aanvankelijk wilde ik Taalwetenschap studeren. Toen ik op een open dag bij die studie was, ging er een wereld voor me open. Ik vond Nederlands op de middelbare school altijd al een leuk vak, maar dan vooral omdat ik het leuk vond om met taal bezig te zijn. Maar toen ik langer over de studie Taalwetenschap nadacht, begon ik te twijfelen dat ik me er misschien te veel mee zou specialiseren. En bovendien wist ik niet goed wat ik er dan mee kon worden, ik wilde mijn opties nog wat meer open houden – ik was ten slotte pas achttien. Die openheid vond ik wel bij de studie Nederlands. Het is heel fijn dat het curriculum zo breed is opgebouwd met de drie verschillende onderdelen: communicatie (taalbeheersing), taalkunde en literatuur. Ik heb ook nog gekeken bij de opleiding Taal en Cultuurstudies, maar grappig genoeg leek me dat dan weer té breed. Achteraf ben ik blij dat ik destijds twijfelde en voor Nederlands ben gegaan, want tijdens mijn bachelor merkte ik dat ik toch meer geïnteresseerd was in de letterkunde in plaats van de taalkunde. Daarom ben ik na mijn bachelor de master Literatuurkritiek gaan doen.”
Kun je iets vertellen over je huidige beroep?
“Ik ben acquirerend redacteur bij The House of Books. The House of Books is een imprint, of onderdeel, van de uitgeverijenkoepel Overamstel uitgevers. Naast The House of Books vallen er nog meer imprints onder deze uitgever, zoals bijvoorbeeld Lebowski Publishers, Carrera Culinair en Hollands Diep. In mijn functie als acquirerend redacteur ben ik voortdurend bezig met het aanvullen van nieuwe boeken aan het ‘fonds’ van de uitgever. Ik ben op zoek naar nieuw talent, maar praat ook met oud talent dat al een boek heeft geschreven maar een overstap wil maken naar onze uitgeverij. Sommige auteurs melden zich zelf bij The House of Books door bijvoorbeeld een manuscript op te sturen, andere worden getipt door een agent en soms lees je in een (literair) tijdschrift of blog iets van iemand die je dan vraagt om ook eens een groter verhaal te schrijven. Deze schrijvers begeleid ik dan vervolgens in hun schrijfproces van begin tot einde: van de vorming van het idee voor een roman tot de laatste fase waarbij het werk naar de drukker gaat.”
Hoe kwam je bij The House of Books terecht?
“Ik ben na mijn studie niet meteen begonnen bij The House of Books. Ik dacht aanvankelijk tijdens mijn bachelor dat ik docent zou worden. Maar gaandeweg veranderde dat en begon ik interesse in uitgeverijwereld te krijgen. Aan het begin van het derde jaar van mijn bachelor ben ik stage gaan lopen bij Unieboek Het Spectrum, bij het imprint voor algemene non-fictie. Tijdens mijn master heb ik wederom stagegelopen. Toen kwam ik bij Lebowski Publishers, een imprint die ook onder Overamstel uitgevers valt. Na die stage, en nog tijdens het afronden van mijn master, deed ik op freelancebasis nog wat andere opdrachten voor hun.
Vlak nadat ik mijn masterscriptie inleverde, kreeg ik een telefoontje van Hollands Diep. Dat is een ander imprint van Overamstel. Er waren toen veel verschuivingen in het personeel waardoor ze op korte termijn iemand nodig hadden die de systemen kende en ze uit de brand kon helpen. Ik ben toen bij Hollands Diep begonnen als redactieassistent en uiteindelijk opgeklommen tot redacteur. Na drieënhalf jaar voelde ik dat ik bij Hollands Diep was uitgegroeid. Het fonds bestaat uit veel mooie literatuur, maar ook uit bewerkelijke, zware non-fictie. Toen ik dit bespreekbaar maakte bij de directeur van Overamstel, bood hij me een baan als bij The House of Books aan, daar hadden ze op dat moment de ambitie om het Nederlands fonds uit te breiden. Daar ben ik toen met veel plezier aan de slag gegaan.”
Wat voor vaardigheden en kennis die je hebt opgedaan bij de studie Nederlands gebruik je bij het uitgeven van boeken?
“Tijdens mijn studie Nederlands was ik natuurlijk de hele dag met de taal bezig – op allerlei manieren. Bij taalkundevakken leerde ik op een bijna rekenkundige manier naar zinnen kijken, onder andere door boomstructuren te tekenen. De dieptestructuren van het Nederlands gaan op een gegeven moment in je DNA zitten; het wordt een wezenlijk onderdeel van jezelf. Je weet heel goed wanneer een zin natuurlijk aanvoelt, en wanneer niet. Daarnaast heb ik letterkundevakken gevolgd waar we tot in den treure verhaalstructuren moesten ontleden, bijvoorbeeld aan de hand van korte verhalen van James Joyce. Ik leerde daardoor heel technisch naar verhalen te kijken, door te bestuderen in welke tijd of vanuit welk perspectief iets is geschreven en wat dat voor een functie heeft voor het verhaal dat je wilt vertellen. Met al die kennis over teksten en taal kan ik goed met auteurs in gesprek gaan over wat wel en wat niet werkt voor een verhaal. En in de taalbeheersingvakken die ik volgde, bespraken we marketingtheorieën, die (weliswaar wat passiever) nog dagelijks in mijn werk voorbijkomen.”
Heb je advies voor huidige studenten die na hun studie ook als redacteur aan de slag willen gaan?
“Ik raad alle studenten vooral aan veel stage te gaan lopen en tijdens die stage heel assertief te zijn. De mensen die bij ons bedrijf blijven hangen, zijn studenten die graag alles willen weten over ons werk/het bedrijf en meegaan naar zowel evenementen als boekpresentaties. Natuurlijk gaat dat met vallen en opstaan, en zit er af en toe een saaie dag tussen. Tijdens mijn stage bij Unieboek wist ik na een paar weken nog steeds niet goed wat een redacteur allemaal op een dag doet. Ik heb dat toen uitgesproken en mijn stagebegeleider heeft me toen een week lang in de cc toegevoegd aan alle mails die ze verstuurde. Toen kreeg ik een heel goed beeld van het beroep en wist ik: dit werk wil ik na mijn studie ook. Mijn tip is dus om vooral nieuwsgierig te zijn, vraag je collega’s het hemd van het lijf en grijp alles met beide handen aan!”
Laat een reactie achter