Als een van de twee universiteiten in het Verenigd Koninkrijk waar je Nederlands kunt studeren, wist ik al dat mijn ervaring van het studeren van Nederlands wel uniek zou zijn. En ik had gelijk! Vorig jaar (nadat ik Nederlands voor slechts twaalf weken had gestudeerd…) heb ik beslist om aan een Nederlands-Engels toneelstuk deel te nemen. Het leek me een goede uitdaging om uit mijn comfort zone te stappen, nieuwe dingen te leren en nieuwe mensen te ontmoeten.
Het idee om een toneelstuk op te voeren was een studenteninitiatief van de Nederlandse Vereniging, een groep voor studenten Nederlands en Nederlandstaligen aan de Universiteit van Sheffield. Onze groep bestond uit studenten van verschillende niveaus van complete beginner tot geavanceerd, inclusief een moedertaalspreker! We kunnen wel zeggen dat ik als de enige volledige beginner begon te twijfelen.
We werkten samen met onze docent, Filip De Ceuster, die het hele proces als scenarioschrijver en directeur begeleidde. Ons toneelstuk is geïnspireerd op de experimentele Vlaamse roman Baltazar Krull’s hart zingt maneschijn door Kurt Köhler (1933), en door een ‘bricolage’ aanpak kon elke student een idee toevoegen of in het Nederlands of in het Engels. Het was daarom heel collaboratif en open voor alle studenten, wat naast het podium doorging want we hadden een groepschat, waarin we onze ideeën en kostuums (in het Nederlands!) gediscussieerd. Dus samenwerking was heel belangrijk voor het succes van het toneelstuk maar ook voor mijn vocabulaire want ik zag heel vaak de woorden voor kleding, repetities en theaterjargon.
In feite was een belangrijk deel van mijn Nederlandse leerproces buiten acteren. Iedereen had een kans om zijn vaardigheden te gebruiken: zowel op toneel als achter de schermen zoals met wardrobe en rekwisieten. Twee studenten waren bijvoorbeeld onze reporters. Na onze repetities hebben ze briefjes geschreven die op onze website werden gepubliceerd zodat mensen onze voortgang konden volgen. Als je benieuwd bent, zie hier de link!
Eén week heb ik ze ermee geholpen en ik heb er echt van genoten want ik kon een andere kant van het toneelstuk zien! Omdat ik de scènes als een kijker had gezien, kon ik mijn notes de volgende week gebruiken om mijn optreden in het toneelstuk te verbeteren.
Ik vond ook dat het draaiboek een heel interessante methode was om mijn Nederlands te verbeteren. Kurt Köhler kwam uit Antwerpen dus in ons toneelstuk zaten we in een tram in Antwerpen en onderweg ontmoetten we verschillende personages. Het was een combinatie van het Nederlands en Engels dus het was begrijpelijk en grappig voor studenten Nederlands maar ook voor mensen die het Nederlands nooit hebben gestudeerd of zelfs gehoord. Natuurlijk was het ook heel handig voor mijn Nederlandse woordenschat want ik leerde de woorden in hun dagelijkse context. ‘Reizigers’ was bijvoorbeeld een woord dat ik moeilijk vond maar het verscheen veel keren in het draaiboek vooral in de scènes op de tram. Tijdens de repetities hoorde ik dezelfde woorden en uitdrukkingen gerepeteerd keer naar keer en ik kon de woorden in het draaiboek aan hun uitspraak koppelen. Dus ik leerde snel dat ‘reizigers’ ‘mensen die in de tram zitten’ betekent.
Ik kon daardoor regelmatig relatieve bijzinnen, een ingewikkeld stukje grammatica voor studenten Nederlands, in actie zien komen. Er waren ook drie monologen in ons toneelstuk, en aan het begin klonken ze allemaal als koeterwaals want ik kon geen individuele woorden uitkiezen. Maar na meer repetities en lessen Nederlands zag ik dat de monologen eigenlijk vol grammatica punten waren. Ik herkende de reflexieve- en scheidbare werkwoorden en nu wanneer ik me die werkwoorden wil herinneren, denk ik aan ze in de context van het draaiboek!
Het toneelstuk hielp me niet alleen met grammatica en woordenschat maar ook met mijn culturele kennis van de Lage Landen want er was ook een kans om een paar Nederlandse tradities te leren. Eén scène was een traditioneel verjaardagsfeest en ik heb geleerd dat het beleefd is om aan de familieleden en vrienden van de jarige ‘gefeliciteerd’ te zeggen. We hebben ook ‘lang zal ze leven’ gezongen en ik vond het heel leuk!
Ik zit nu in mijn tweede jaar en ik kijk uit naar alle mogelijkheden die het studeren van Nederlands kan aanbieden! Volgend jaar ga ik bijvoorbeeld een semester naar Nederland en ik hoop dat ik naar Antwerpen kan gaan om enkele van de plaatsen te bezoeken die we in ons toneelstuk hebben genoemd, waaronder de Hippodroom, de Boerentoren en de Sint-Pauluskerk. Én ik ben klaar om naar een verjaardagsfeestje te gaan! Dankzij het toneelstuk kon ik over de geschiedenis van deze trekpleisters leren wat ik heel interessant vond want ik had nooit eerder de geschiedenis van Nederland of België gestudeerd. Ik kijk ernaar uit om ze te bezoeken!
Al met al ben ik heel dankbaar voor de hele ervaring en alles wat ik zowel achter de schermen als op het toneel heb geleerd. Anders dan traditionele manieren om Nederlands te studeren heeft het toneelstuk me de kans gegeven om samen te werken met studenten van verschillende niveaus, naast het leren van veel opvallende woorden. Ik kwam weg van ons toneelstuk met meer zelfvertrouwen in mijn Nederlands en een groter bewustzijn van de verkrijgbare mogelijkheden binnen onze afdeling Nederlands.
Maar het belangrijkste resultaat van deze ervaring was de vrienden die ik door het toneelstuk heb gemaakt! Natuurlijk was ik nerveus maar ik vond dat iedereen heel aardig en steunend was. Er zou geen toneelstuk zijn zonder de toewijding, het enthousiasme en vooral de vriendelijkheid van onze docenten en het NV-comité. Ik ben heel erg trots op het hele team en wat we hebben bereikt en ik voel me bevoorrecht om een klein deel van zo’n mooie ervaring te zijn!
Sophie Moss studeert Nederlands, Frans en Engelse Literatuur aan de Universiteit van Sheffield, Engeland.
W. Vercammen zegt
Beste Sophie,
De plekken die je in Antwerpen wil zien mogen dan wel in jullie toneelstuk voorkomen, denk eraan dat het boek in 1933 geschreven werd, en recente dingen durven we hier soms afbreken, hoe mooi ze ook zijn.
De Hippodroom zal je helaas moeten schrappen – gesloopt in 1973. Gelukkig zijn er nog heel wat mooie plekjes.
Sophie DB zegt
Wat een geweldig initiatief.