In een eerder blog betoogde ik dat ik ‘die’ de beste kanshebber achtte om Het Nieuwe Nederlandse Genderneutrale Voornaamwoord te worden, in combinatie met ‘hen’ en ‘hun’. Wanneer we denken aan genderneutrale voornaamwoorden, denken we al gauw aan non-binaire personen, naar wie we met deze voornaamwoorden kunnen verwijzen. Maar ook in alledaagse situaties, wanneer je verwijst naar een willekeurig persoon ongeacht gender, komen ze goed van pas.
Mannelijke generieken
Denk bijvoorbeeld aan de zin: ‘Iedereen doet wat hij wil.’ Die zin is enigszins ambigu, want je kunt ’m gebruiken als je het hebt over een dictator of anderszins zeer dominant mannelijk persoon die iedereen zijn wil oplegt. Maar zonder deze context interpreteren we de zin als een algemene constatering, toepasbaar op ieder mens: iedere persoon doet wat die persoon zelf wil.
Het gebruik van de mannelijke voornaamwoorden (hij, zijn) is één van de drie opties om te verwijzen naar iemand wiens gender irrelevant of onbekend is. Het idee is dat je weliswaar de mannelijke woordvorm gebruikt, maar dan als pars pro toto: het voornaamwoord kan naar iedereen verwijzen, dus net zo goed naar mannen als naar vrouwen of non-binaire personen. In deze functie noemen we deze woorden ‘mannelijke generieken’. Maar uit recent onderzoek van Theresa Redl blijkt dat ‘hij’ en ‘zijn’ in dit soort situaties vaak toch niet volledig neutraal zijn. Voornamelijk bij mannen (en in iets mindere mate ook bij vrouwen) roepen mannelijke generieken eerder associaties met mannen op. Bij de zin ‘Iedereen doet wat hij wil’ denken we dus eerder aan een autonome man dan aan een zelfstandige vrouw.
Volgens Redl komt dit verschil tussen mannen en vrouwen doordat vrouwen gewend zijn om zichzelf minder terug te zien in de taal, en geleerd hebben om mannelijke generieken ook op zichzelf toe te passen. Mannen hoeven nooit creatief te denken om zich gerepresenteerd te voelen: zij zijn de standaard in de taal en zien zichzelf al overal terug.
Feminisatie en neutralisatie
Zijn mannelijke generieken niet echt jouw ding? Dan kun je ook voor feminisatie gaan. Bij feminisatie bied je ook de vrouwelijke woordvorm aan naast de mannelijke. Bijvoorbeeld: ‘Iedereen doet wat hij of zij wil.’ Nadeel hiervan is dat deze optie het binaire beeld van gender in stand houdt – sommige mensen zijn non-binair, en simpelweg niet te omschrijven als een ‘hij’ of een ‘zij’. Bovendien is ‘hij of zij’ twee hele woorden langer dan ‘hij’, dus dat kost extra moeite en tijd om te schrijven of zeggen. Oef! Tijd is geld, mensen.
Neutralisatie biedt dan soelaas: je gebruikt geen specifiek mannelijke of vrouwelijke woorden, maar een genderneutraal (voornaam)woord. In het Engels is dat makkelijk: daar gebruiken ze ‘they’. Vroeger werd dat nog wel eens als controversieel gezien, maar inmiddels is het ingeburgerd en raadt bijvoorbeeld de American Psychological Association (APA) ‘singular they’ ook aan. In het Nederlands hebben we zo’n voornaamwoord helaas nog niet echt, maar zowel ‘die’ als ‘hen’ zijn opties die vaak geopperd worden. Wat mij betreft wordt het dus ‘die’, met als bezittelijk voornaamwoord ‘hun’ en als lijdend en meewerkend voorwerp ‘hen’.
Allemaal genderneutraal
Natuurlijk zijn genderneutrale voornaamwoorden essentieel als je over non-binaire mensen wilt praten, maar het punt dat ik wil maken is dat je het niet per se over non-binaire mensen hóeft te hebben om genderneutrale voornaamwoorden te gebruiken. Genderneutrale taal is er niet alleen voor het (relatief kleine) deel van de bevolking dat zich als non-binair identificeert: het is veel groter dan dat. Genderneutrale voornaamwoorden zijn ook voor de gewone man. Generisch ‘hij’ raakt steeds meer achterhaald; ‘hij of zij’ is te lang en opvallend. Wat is er op tegen om één enkel woord te gebruiken dat naar iedereen kan verwijzen, in situaties waarin het gender van de referent er niet toe doet?
Voor mijn bachelorscriptie poogde ik de associaties bij de opkomende genderneutrale voornaamwoorden binnen het geschreven Standaardnederlands in kaart te brengen. Wat bleek: generisch ‘hij’ werd inderdaad met mannen geassociëerd, maar ‘die’ bracht nagenoeg dezelfde resultaten voort als de controleconditie, en werd dus in elk geval in mijn onderzoek neutraal opgevat. Persoonlijk vind ik het geen probleem om mijn taal aan te passen als dat betekent dat ik meer mensen includeer: kleine moeite, groot plezier, denk ik dan. Met die instelling, en op basis van mijn onderzoek, zou ik daarom willen zeggen: als je je taal genderneutraal en inclusief wilt maken, gebruik dan ‘die’ waar je voorheen generisch ‘hij’ zou gebruiken. Maar ja, taalgebruik is natuurlijk niet af te dwingen, dus iedereen moet uiteindelijk maar gewoon doen wat die zelf wil.
Anneke+Neijt zegt
“iedereen doet wat die wil” zal in de toekomst goed bevallen, denk ik. Voor dit moment is mijn voorkeur nog een meervoud: “mensen doen wat ze willen”. Een meervoud gebruiken is een goede andere manier om genderneutraal te schrijven.
Marten van Harten zegt
Waarom dan niet: “Iedereen doet wat zij wil”?
Ludmilla Coornstra zegt
Het gebruiken van meervoud is inderdaad ook een goede optie, maar dat wordt op den duur wel er omslachtig en is niet overal mogelijk, vrees ik.
Generisch ‘zij’ vind ik ook een prachtige oplossing, maar ik denk niet dat mensen dat massaal gaan gebruiken omdat het woord ‘zij’ in het enkelvoud wel heel duidelijk gegenderd is. ‘Hij’ wordt soms nog wel als neutraal gezien, ‘die’ ook, maar ‘zij’ helaas niet.
Marc van Oostendorp heeft trouwens zelfs al eens het afschaffen van ‘hij’ geopperd: https://neerlandistiek.nl/2021/05/weg-met-hij-leve-zij/
Henk Wolf zegt
Ik denk dat er hier uit de door Theresa Redl verzamelde gegevens te vergaande conclusies worden getrokken. Vorig jaar heb ik over de interpretatie van die gegevens een stukje voor Neerlandistiek geschreven. Dat staat hier:
https://neerlandistiek.nl/2021/01/een-sterke-persoonlijkheid-zal-zich-niet-afvragen-wat-ze-kan-doen-om-sterker-te-staan/
Ludmilla Coornstra zegt
Dank voor deze nuancering! Generisch ‘hij’ en ‘zijn’ kunnen inderdaad neutraal opgevat worden, en de ‘male bias’ kwam niet in alle (deel)onderzoeken duidelijk naar voren. Maar volledig neutraal is het dus ook niet. Maar generisch gebruikte mannelijke voornaamwoorden zijn ook onderdeel van een breder fenomeen waarbij de mannelijke woordvorm ook als neutrale vorm gezien wordt, terwijl het dat simpelweg niet is. Voor mij is dat in ieder geval al reden genoeg om mijn taal aan te passen.