Toen ik Twee vrouwen van Harry Mulisch begon te lezen, was ik eerlijk gezegd verbaasd. Een roman schrijven in 1975 over de liefdesrelatie tussen twee vrouwen – ongelofelijk in het toenmalige communistische Bulgarije, maar blijkbaar niet zo ongelofelijk in Nederland. Twee vrouwen werd toentertijd als vernieuwend en complex beschouwd en tot vandaag de dag is het boek veelgelezen. Het was relevant aan het einde van de 20e eeuw, het is relevant ook nu – meer dan 40 jaar later. Een subtiele en slimme roman die ik prachtig vind niet omdat ik zo belezen ben dat ik alle verwijzingen erin begrijp, maar omdat Twee vrouwen provoceert. De plot doet me denken aan een Griekse tragedie – Laura is gedoemd ongelukkig te zijn, de relatie tussen Sylvia en Alfred lijkt onvoorstelbaar en immoreel en het einde is fataal. Ik vroeg me af tijdens het lezen waarom dit boek nog niet in het Bulgaars is vertaald. Nu is de perfecte tijd! In Bulgarije is homoseksualiteit nog steeds een gevoelig onderwerp. De Bulgaarse auteurs schrijven er niet over en de meeste romans over homoseksuele relaties op de Bulgaarse boekenmarkt worden uit Amerika ‘geïmporteerd’, in de vorm van jeugdliteratuur. Uiteindelijk brengt een goed boek, een goede woordkunst dus, altijd voordelen met zich mee. Zo gaan nieuwe werelden voor de nationale literatuur open – iets wat de Bulgaarse literatuur echt nodig heeft.
Tot een paar jaar geleden was het communistische verleden van het land het populairste onderwerp in de moderne Bulgaarse roman. Veel van de auteurs schreven over hun jeugd in die periode – herinneringen die de jongere generatie weinig aanspreken. De hoofdpersonages van deze boeken hadden een en hetzelfde probleem: gebrek aan toekomstdromen. De Bulgaarse literatuur leek niet klaar voor de toekomst. Gelukkig zie ik de laatste jaren een verandering op de nationale boekenmarkt. Beter laat dan nooit. Er zijn schrijvers die niet meer bang zijn om innovatief te zijn en over onderwerpen te schrijven die ‘niet-Bulgaars’, zelfs ‘niet-Europees’ zijn.
‘Twee vrouwen is met geen van mijn vorige boeken te vergelijken.’ Dat zei Harry Mulisch in een interview met Ischa Meijer. Mulisch heeft een veranderingsdrift als het om literatuur gaat. Hij verrast zijn lezers, hij provoceert hen. De mensen gaan over honderd jaar juist die boeken lezen, die hen wakker schudden. Misschien zal het onderwerp van Twee vrouwen over honderd jaar niet zo maatschappelijk relevant zijn, maar dankzij de aansprekende personages, de originaliteit en het onverwachte einde zal de roman door de lezers altijd worden gewaardeerd.
Er zijn ook Nederlandstalige boeken van de 21e eeuw die gelezen zullen blijven worden. Marieke Lucas Rijneveld, bijvoorbeeld, met zijn twee romans De avond is ongemak en Mijn lieve gunsteling. De eerste roman heb ik nog niet gelezen. Ik geloof dat je psychisch voorbereid moet zijn voordat je naar een boek van Rijneveld grijpt. Mijn lieve gunsteling intimideerde me ten eerste met de stroom van gedachten zonder punten, met de krankzinnige hartstochten van de hoofdpersonage. Monsterlijke daden op de achtergrond van een landelijke idylle. Er waren momenten wanneer ik de roman wilde wegleggen – zo schokkend en intens was het verhaal. Dat noem ik provocatie. Een moderne roman met heel hoge overlevingskansen.
Het laatste Nederlandse boek dat ik heb gelezen is de debuutroman van Gerda Blees. Mijn grote hoop is dat Wij zijn licht het licht in Bulgarije ziet. Vanwege zijn diverse invalshoeken en originaliteit van de vorm (nooit tevoren heb ik een hoofdstuk vanuit het perspectief van een sinaasappelgeur gelezen) raakte ik verliefd op de roman. Soms denk je ‘Dit boek is zo goed! Ik zou willen dat ik zelf dit boek had geschreven…’. Maar na mijn bacheloropleiding heb ik andere ambities – ik wil het boek vertalen, zodat de Bulgaarse lezers meesterwerken uit de Nederlandstalige literatuur kunnen lezen.
De ontmoeting met een echt goede roman is soms verwarrend, soms verdrietig, altijd verrijkend en laat je nooit onberoerd. Wordt er vaak over een bepaalde roman gepraat? Zet die roman de literatuurwereld op zijn kop? Dan heeft die roman een grote kans om onsterfelijk te worden.
Gabriela Grigoryan is net afgestudeerd aan de Universiteit van Veliko Tarnovo in Bulgarije.
Laat een reactie achter