‘De Poezieboys, dat zijn Jos Nargy en Joep Hendrikx. Samen brengen zij de beste poëzie van dit moment, geïnspireerd op de legendarische avond in 1966 van Simon Vinkenoog in Carré. Want de wereld kan wel weer wat Rock & Roll & Poëzie gebruiken. Iedere Poeziebar nodigen zij verschillende dichters uit met als doel: uitverkochte, dampende en joelende zalen voor de poëzie!’ (6 april 2022 Zaal 3 HNT)
Dat leek ons wel wat, perfect voor ons langverwachte uitje met de sectie Nederlands. We maakten ons los uit alle hectiek en spraken met zijn achten af bij brouwerij De Prael in Den Haag om de avond in te luiden met een etentje. In sierlijke letters stond het woord ‘Bitterblond’ op een krijtbordje: dat leek mij een goede start van de avond. Het bleek de wificode te zijn die daar voor alle gasten zichtbaar hing, maar gelukkig ook de naam van een prima hoppig biertje.
Leerlingen aan het woord
Het kwam ons wel toe, zo’n avondje met collega’s buiten de school. We hebben twee roerige jaren achter de rug, het is lastig om het werkplezier vast te houden met alle online lessen, vergaderingen, veranderende planningen en tegenvallende resultaten. En hoe krijgen we het schoolplezier weer terug bij de leerlingen, wat kunnen we doen om de lethargische houding te doorbreken waar velen tijdens de coronaperiode in vastgegroeid zijn? Onlangs werd daar bij ons op school een hele middag aan gewijd. Leerlingen kwamen aan het woord: er bleek nogal wat mis met ons onderwijs. Te lange instructies, en… ‘het lijkt alsof docenten zelf geen lol beleven aan hun vak’. De directiekamer hangt vol met alle post-its met dos en don’ts die we met elkaar opschreven. Do: boeiende lessen, activerende didactiek, onderwijs op maat, afgestemd op de belevingswereld van de leerlingen. Liefst nog met een docent die op de tafel springt en vol vuur zijn passie voor het vak verkondigt.
Schoolvak Nederlands
Die passie voor het vak, daar is nogal wat om te doen. In het Manifest Nederlands op school (2016) werd gepleit voor een grondige herziening van het schoolvak Nederlands. Leerlingen vinden het vak ‘saai’, er is te weinig samenhang tussen de verschillende onderdelen en de inhoud is ver te zoeken werd hierin geconstateerd. Het Meesterschapsteam Nederlands kwam vervolgens met vier verschillende perspectieven en een voorstel voor een nieuwe leerdoelenkaart (2021), waarbij de vaardigheden zoals lezen spreken, schrijven en onderzoeken worden verbonden met de inhoudelijke componenten: taal als systematisch, cognitief, sociaal en historisch fenomeen. Al voordat we in de corona achterstanden belandden was het duidelijk dat het schoolvak Nederlands op de schop moest. Leuk en aardig allemaal, maar wij gewone docenten hebben het al zo druk dat we nauwelijks aan afstemming binnen de sectie toekomen. Lesgeven, boeiende lessen maken, het lijkt bijzaak te zijn. Ik vind het niet zo gek dat het soms lijkt alsof we weinig plezier beleven aan ons mooie vak. Hoog tijd voor een sectie-uitje dus.
Zaal 3
Zaal 3 van het Nationaal Theater in Den Haag is geen Carré en in het publiek zat niemand die de gesproken bloemlezing van 28 februari 1966 heeft meegemaakt. Jules Deelder maakte daar zijn debuut en Gerard Reve schitterde in een smetteloos wit kostuum, dat naar eigen zeggen zijn ijdelheid streelde. Binnen twee dagen was Carré uitverkocht, en dat om 25 dichters poëzie te horen voordragen. Volgens organisator Simon Vinkenoog was dat niet verbazingwekkend: ‘de poëzie in zichzelf kan genoeg indruk maken als het naar een publiek komt, trust poetry.’ De Poezieboys (inderdaad, zonder trema) gebruikten deze happening uit het verleden als inspiratie voor hun ludieke voorstelling. Op het toneel kartonnen borden met teksten als: ‘Poëzie is ook maar een mens’, ‘Poëzie wil alleen maar knuffelen’ en ‘Lachen!’ We kregen een gevarieerd programma voorgeschoteld met grappige vondsten zoals het ‘Dead Poets Saucijzenbroodje’: iemand uit het publiek kreeg een kaasbroodje (geen saucijzenbroodje) en moest dat zo snel mogelijk verorberen. In die tijd werd werk van de dode dichter Pessoa voorgedragen. Een op Johnny de Selfkicker geïnspireerde ‘Hulde aan de spruit’, een snelleeswedstrijd van de Mei van Gorter en bijdragen van gastdichters zorgden voor een onderhoudende en vrolijke avond. Ook de prachtige tekst van Bert Schierbeek bleef hangen.
De school uit
We waren er dus even uit, met elkaar. Het was nodig om te praten over taal, over lesgeven, over wat het vak Nederlands zou moeten zijn en hoe we dat voor elkaar kunnen krijgen, in een ontspannen setting. Deze avond leverde ons nieuwe lesideeën op: een snelleeswedstrijdje van een gedicht met leerlingen kan toch ook! Zo leren ze niet alleen iets over ons literair erfgoed, maar komt de leesvaardigheid op een speelse manier aan bod. Ideeën om taal in de sociale context aan te bieden, creativiteit van leerlingen stimuleren. Plannen om het schoolvak te verbeteren, meer aandacht op de inhoud te richten, prachtig allemaal. Maar als wij docenten nog maar weinig plezier beleven aan het geven van ons vak, dan komt daar in de praktijk weinig van terecht. Om les te geven moeten wij in de school zijn, om creativiteit en inspiratie op te doen en leuke docenten te blijven moeten we vaker de school uit. Bitterblond en Poezieboys, goede titel voor een gedicht ook.
Margreet Vermeulen is docent Nederlands aan het Maris College Belgisch Park te Den Haag en doet de master Leraar Nederlands aan de Hogeschool Utrecht.
marja.hendriksen zegt
Hulde, Margreet voor je bloemrijke verslag van een inspirerende avond met de sectie Nederlands met een eten in ‘ Prael’ en een poëzie avond in de voormalige “Gasfabriek”, waar wij ons in goed gezelschap konden laven aan cultuur. Dank en groet van Marja
Hendrik Jan Vermeulen zegt
Mooi stuk Margreet! Klinkt alsof dit soort uitjes – met en zonder leerlingen – onderdeel van het onderwijs kunnen worden :-).
Corina Breukink zegt
Ja, eet als docent (Nederlands) vooral regelmatig buiten de deur, zodat je een inspirerende docent kunt zijn en blijven. Of het nu een poëzieavond met je teamgenoten, een vakmaster Nederlands of een onderzoek is: er leiden diverse wegen naar een opgefriste docent, nieuwe lesideeën en een boeiend(er) schoolvak.
Nynke van Hattum zegt
Margreet, ik denk dat je met jouw verhaal een heleboel docenten weet te motiveren en inspireren om een nieuwe weg in te slaan. Samen op pad gaan, op zoek naar nog niet ontdekte thema’s, waardoor niet alleen het vak Nederlands interessant blijft, maar ook de band met je collega’s sterker wordt. Mooi!
Benita Dam zegt
Wat leest dat lekker weg Margreet! Erg beeldend, ik voelde mij tijdens het lezen even onderdeel van jullie sectie. Het lijkt mij zeer waardevol om in zo’n sectie te mogen werken. Wat een goed idee om als sectie jezelf te trakteren op dit uitje. Voor herhaling vatbaar lijkt me. De inspiratie die jullie opgedaan hebben zullen jullie zeker uitstralen op de leerlingen. Nederlands saai? Helemaal niet!
Carla Robbe zegt
Margreet, mooi om te lezen hoe jullie als vakgroep Nederlands inspiratie hebben opgedaan. Af en toe afstand nemen, helpt om na te denken over vragen als: wat willen we, waar doen we het ook alweer voor…?
Jullie leerlingen boffen maar met zo’n hecht en enthousiast team van docenten; docenten die openstaan voor vernieuwingen binnen het mooie vak Nederlands.
Santé!
Mèlanie van Bentum zegt
Ik word helemaal enthousiast van je verslag Margreet. Wat is het al lang geleden dat mijn sectie een avondje uit ging en dan ook nog wat op stak voor het eigen curriculum. Je krijgt inderdaad door zo’n avond buiten de school energie om weer over je eigen lesinhoud na te denken en weer plezier krijgen in het geven van dit prachtige vak. Bedankt voor deze bijdrage!
Lydia Telman zegt
Wat een geweldige manier om samen over het onderwijs te praten, inspiratie op te doen én onder het genot van een heerlijk biertje samen te genieten. Dat geeft inderdaad vast energie. Inspirerend!
Thea de Nooy zegt
Margreet, wat een levendig verslag, ik was er echt even bij! Is het mooie aan ons vak ook niet dat onze inspiratie overal te vinden is? Brainstormen met collega’s en leerlingen en met ogen wijd open in de wereld staan, laat ons vak tot leven komen. Het start met een enthousiaste docent, eens! Dank voor het enthousiasmeren!