Wat zijn de belangrijkste inzichten van ons vak?
In een recente toespraak nam minister van OCW Robert Dijkgraaf het op voor bedreigde wetenschappers. “De waarheid verdient een stem”, zei hij onder andere. “En die stem moet vrij en luid kunnen klinken.”
Vandaag is het 30 jaar geleden dat Ben Salemans het eerste berichtje uitstuurde voor Neder-L, het tijdschrift dat uiteindelijk het huidige Neerlandistiek zou worden. In die tijd heeft het tijdschrift altijd geprobeerd de stem van de wetenschap ‘vrij en luid’ te doen klinken. Of alles wat we hebben gepubliceerd daarmee per se de waarheid is, weten we niet, maar het waren in ieder geval altijd pogingen om de waarheid te benaderen en om inzichten uit het vakgebied te delen met anderen.
In diezelfde lezing doet Dijkgraaf iets vreemds: hij lijkt het belang van de wetenschap te leggen in het vinden van feiten tegenover meningen. “Als we weerbaar willen zijn als samenleving, neem het dan op voor de feiten”, zegt hij bijvoorbeeld. In de context van de strijd tegen fake news is dat misschien begrijpelijk, maar wij denken dat het in de wetenschap nog meer dan om feiten gaat om inzichten – manieren om de enorme stapels feiten die we overal vinden een onderling verband te geven.
Voor ons jubileum hebben wij, de gezamenlijke redacties van Neerlandistiek en Jong Neerlandistiek, daarom aan een groot aantal collega’s – van jong tot oud, van intra- tot extramuraal, van taal- tot letterkundig – gevraagd wat voor hen een inzicht uit de neerlandistiek is dat eigenlijk bredere verspreiding verdient: wat zou eigenlijk iedereen over de taal- en letterkunde moeten inzien? Wat heeft ons vak bij te dragen aan een beter begrip van onszelf, van onze samenleving, van de wereld om ons heen en van die uit het verleden?
De ingezonden inzichten zijn divers en verrassend. De komende week publiceren we er iedere dag een aantal. Samen geven ze een staalkaart van wat ons vak kan en vermag. Je hoort weleens negatieve berichten; maar als een vak afgemeten wordt naar het aantal opgeleverde ideeën, gaat het bijzonder goed met de neerlandistiek.
De gepubliceerde stukjes worden in de loop van de week samengebracht op de pagina van de tag Jubileum30.
Nynke de Haan is hoofdredacteur van Jong Neerlandistiek; Marc van Oostendorp is hoofdredacteur van (‘Oudt’) Neerlandistiek.
Ronald V. zegt
Er valt genoeg af te dingen op de heer Dijkgraaf. Bijvoorbeeld dat hij iets heeft met D66. Maar als natuurkundige was hij een topnatuurkundige. En topnatuurkundigen zijn in de regel best wel aardig doorkneed in de wetenschapsfilosofie. Aldus meen ik dat ook Dijkgraaf beseft dat het in de wetenschap gaat om verbanden, om feitelijke verbanden, die wij echter slechts kunnen benaderen door middel van koene, nuchtere structuralistische hypotheses die we voortdurend dienen te ondervragen. Al drukte Dijkgraaf zich misschien iets te simplistisch uit, waarschijnlijk is hij het gewoon eens met de heer Van Oostendorp.
Neerlandistiek heeft niet alleen veel te maken met wetenschapsfilosofie maar ook heel veel met de zogeheten philosophy of mind, met de bewustzijnsfilosofie. Taal, wat is dat? Hoe werkt taal in concreto in onze mentale binnenwereld? Denken we alleen in taal? Of ook in beelden en gevoelens? Wat zijn de verbanden tussen de taaltaal en bijvoorbeeld de beeldtaal?
Als een in de filosofie geïnteresseerde kom ik hier best wel aan mijn trekken. Al vind ik dat het iets meer mag. Maar wellicht ben ik nu te subjectief.
Geen kwaad woord overigens over de artikelen die niet filosofieachtig zijn. Integendeel. Zo’n artikel over het portret van Betje Wolff met het boekwerk “An Essay on Man”, geschreven door Pope, is schitterend. Dat het mij doet verlangen naar een artikel over het verband tussen Wolff en Pope, komt voor mijn particuliere rekening.
Moge Neerlandistiek blijven bloeien en boeien en met gepaste trots blijven beseffen dat ook cultuurwetenschappen echte wetenschappen zijn. Taal en poëzie zijn net als zwarte gaten intrinsieke bestanddelen van ons universumpje en hebben net als zwarte gaten zeer interessante interne en externe verbanden.
Voor een vertoog over het ontologisch structuralisme verwijs ik de lezer naar “Every Thing Must Go” van Ladyman en Ross:
https://oxford.universitypressscholarship.com/view/10.1093/acprof:oso/978019
Sjoerd Munnik zegt
Zoals Paul van Tongeren suggereert kun je twee manieren van kennis verwerven onderscheiden: het registreren van kennis bèta wetenschappen) en het interpreteren van betekenis (geesteswetenschappen). Feit staat dan tegenover betekenis, niet tegenover mening. Dit onderscheid te kunnen maken is te danken aan de wetenschappelijke methode van in dit geval de filosofie.