• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Logo

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Artikelen
  • Media
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Kwaliteit boven kwantiteit?

12 december 2023 door Hilde Bos 1 Reactie

Bachelor- en masterstudenten Nederlands uit Groningen schrijven in de blogserie Uit de collegebank geklapt over hun ervaringen met de studie Nederlands. Deze week is Hilde Bos aan het woord.

Hilde Bos, masterstudent Neerlandistiek


Ik nam me op de middelbare school stellig voor om geen Nederlands te studeren. Ik had het helemaal gehad met de eindeloze leesteksten met geforceerde signaalwoorden en onhandige vraagstellingen die alles onnodig moeilijk maakten. Als dit ‘voorbereidend wetenschappelijk onderwijs’ was, hoefde ik hier niet nog eens drie jaar van. Het is uiteindelijk toch anders gelopen. Toen ik in mijn derde jaar Griekse en Latijnse Taal en Cultuur zat en minorvakken ging kiezen, zag ik twee toch wel heel aantrekkelijke vakken Nederlands staan: ‘Letterkunde van de zeventiende eeuw’ en ‘Letterkunde van de Verlichting’. Toen ik deze had gevolgd, was ik verkocht. Ik stapte over naar Nederlands. 


Onderzoeksatelier

Bij deze en andere vakken hielden we ons geregeld bezig met close-reading: nauwkeurig een of een klein aantal teksten lezen en die vervolgens analyseren op bepaalde inhoudelijke elementen. De rol van humor in zo’n tekst, bijvoorbeeld. Dit is een vorm van kwalitatief onderzoek: het analyseren van data die niet te maken hebben met getallen. In jaar twee kreeg ik echter een verrassing. Ik had me ingeschreven voor een Onderzoeksatelier Oudere Letterkunde. Bij zo’n atelier ga je aan de slag met een klein onderzoek onder leiding van een docent. Zo krijg je een kijkje in diens onderzoekspraktijk. In dit geval behandelde docent Oudere Nederlandse Letterkunde Lucas van der Deijl met ons het onderwerp ‘verhaalpatronen in Vondels toneeloeuvre’.  We probeerden te achterhalen of bepaalde tekstelementen hetzelfde waren in al Vondels treurspelen. Hierbij kun je denken aan de verdeling tussen mannelijke en vrouwelijke personages.

Grote toneellijnen

Dertig treurspelen met onderwerpen uit de Bijbelse geschiedenis, (Grieks-Romeinse) mythologie en vaderlandse geschiedenis. Dat was nog eens wat. We konden ze moeilijk allemaal tot in de details gaan lezen en stuk voor stuk analyseren. We gooiden het dus over een andere boeg. We vulden onze close-reading van een klein aantal stukken aan met kwantitatief onderzoek, gericht op getallen en structuren. Maar we moesten die getallen natuurlijk wel hebben! Eerst voegden we middels een tekstbewerkingsprogramma informatie toe aan Vondels toneelstukken. Zo gaven we alle personages een nummer en een gender. Telkens wanneer de personages spreektekst hadden, vermeldden we deze gegevens. Ook markeerden we het begin en eind van elk bedrijf. Zo konden we uiteindelijk in een Excelbestand zien wanneer elk personage op toneel kwam en hoeveel spreektekst het had. Met deze gegevens konden we personagenetwerken maken.  Hierin worden alle sprekende personages weergegeven middels een punt (node). Personages die tegelijkertijd op het toneel zijn (en dus waarschijnlijk met elkaar praten), zijn verbonden door een lijn (edge). Zo kun je zien welke personages het centraalst zijn binnen een stuk. Een personage met vijf verbindingen is bijvoorbeeld centraler dan een met drie.

Toneeldichterlijke vrijheid

Netwerken en personagegegevens speelden een rol bij mijn onderzoekje. Ik onderzocht onder andere de manier waarop Vondels treurspelen rond het personage Jozef zich verhielden tot hun brontekst: de Bijbelse Jozefgeschiedenis. Jozef bleek in Joseph in Dothan bijvoorbeeld het centraalste personage, met maar liefst zes verbindingen. Ook was hij met zijn 223 regels spreektekst veel spraakzamer dan in de Bijbelse geschiedenis. Een logische aanpassing door Vondel, want een toneelstuk heeft niets aan een zwijgende titelheld. Daarbij is de Bijbeltekst een vrij beschrijvende kroniek, waardoor Vondel vertellerstekst wel moest omzetten in personagetekst. Een toneelstuk is immers (gesproken) actie!

Patronen met Python

Nog een manier waarop we gegevens leerden maken was door middel van een programmeerworkshop. De docent leerde ons hoe we konden achterhalen hoe vaak een woord in een tekst voorkomt. Zo onderzocht een van ons hoe vaak bepaalde woorden die met geweld te maken hebben voorkomen in Vondels spelen. Vondel leek geweld steeds minder expliciet uit te drukken in woorden, of in ieder geval in deze woorden. Dit biedt meteen een kans voor meer onderzoek: liet Vondel geweld steeds meer zien buiten de toneeltekst om of gebruikte hij andere woorden?

Al met al was dit onderzoeksatelier een echte eye opener. Het heeft me laten zien hoe veelzijdig letterkundig onderzoek kan zijn én (wederom) hoe leuk het is om Nederlands te studeren. Ik hoop dat meer vakken de toegevoegde waarde van een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek gaan inzien. Die geeft waardevolle inzichten die je met enkel close-reading maar al te makkelijk kunt missen. En we willen toch zeker wel het onderste uit de literaire kan halen?

Meer blogs van Groningse studenten Nederlands vind je hier. Elke week verschijnt er een nieuw blog.

Hilde Bos is masterstudent Neerlandistiek aan de Rijksuniversiteit Groningen

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Artikel, Jong, Uitgelicht Jong Tags: Rijksuniversiteit Groningen, wijzijnneerlandici

Lees Interacties

Reacties

  1. Ton Harmsen zegt

    17 december 2023 om 10:28

    Heel mooi! De onderzoeksmethode van Lucas van der Deijl enthousiast en helder beschreven. Ik denk dat bij dit onderzoek vooral het coderen van sociale status interessant zal zijn, de spreektijd van bediendes varieert enorm.

    Beantwoorden

Laat een reactie achter bij Ton HarmsenReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Openingszin van de week

Ik zag haar voor het eerst op een vroege decembermorgen.

De openingszin van deze week komt uit Dagen van glas (2023) van Eva Meijer. Het is een uitwerking van diens eerder verschenen novelle Haar vertrouwde gedaante (2021). Het boek vormt een collage van drie gezinsleden, moeder, vader en dochter, die zich alle drie niet echt thuis voelen. Hoewel de moeder de special van een filosofisch […]

➔ Lees meer
  • Facebook
  • YouTube

Thema's

#taalkunde
Ik zou dat niet pikken als ik jou was
De vervaagde grenzen van de neerlandistiek
“Taal kan iets doen met je moraal”
Wie schrijft, schrijft gelijk: mannelijke en vrouwelijke auteurs
Een koffietje doen
#letterkunde
Ik zag haar voor het eerst op een vroege decembermorgen.
Het besturen van een trekker is een daad van soevereiniteit.
Als schrijvers zichzelf voorlezen
Op de dag dat Minnie Panis voor de derde keer uit haar eigen leven verdween, stond de zon laag en de maan hoog aan de hemel.
Het was oud en nieuw, een uur na middernacht toen ik, een volwassen vent met een vaste baan en in een zelfgemaakt varkenspak aan de rand van een industriegebied in een sloot viel.
#recensie
De letteren op de planken
In Het paradijs van slapen kleurt Joost Oomen de dood hoopvol
Yara’s Wedding: een voorstelling die je bijblijft.
Verlies, liefde en leegte: De mitsukoshi troostbaby company
Zee nu: Een dystopische roman over zeespiegelstijging
#taalbeheersing
De discussie over de vlees-/vega-/plantaardige burger/schijf/disk
De vervaagde grenzen van de neerlandistiek
Wie schrijft, schrijft gelijk: mannelijke en vrouwelijke auteurs
Taalverandering in Duckstad: van 1952 tot 2025
Maar goed, een blog over maar goed
#toekomstinterview
‘Wij willen mensen het donker laten beleven’
‘Voor kinderen is een kerk een magische plek’
‘Bekijk tijdens je studie al wat er allemaal mogelijk is, wacht niet tot iets moet.’
‘Ik geloof er toch echt in, dat je iets moet kiezen waar je blij van wordt.’
‘Geniet van wat het vak je brengt. De neerlandistiek kan je naar zoveel plaatsen brengen, zowel letterlijk als figuurlijk.’
#wijzijnneerlandici
Kwaliteit boven kwantiteit?
Literatuur, natuur, insecticiden en het internet
Jong Neerlandistiek in gesprek: studenten over de grens
#wijzijnneerlandici: Jacques Klöters
“Aan het begin van de studie sprak ik nog geen Nederlands. Na drie jaar schreef ik een scriptie in het Nederlands.”
#voordeklas
24 paar ogen, een glimlach en een gereedschapskist
De vlucht naar Engelse literatuur, waardevol of schadelijk?
Later word ik dokter! Of juf! Of allebei!
Literatuur voor alle leeftijden
De ezelsbruggetjes in ons grammaticaonderwijs; kunnen we zonder?

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
 

Reacties laden....
 

    %d