Tijdens deze Poëzieweek bespreekt de onderzoeksgroep Dealing with Disasters historische rampenpoëzie. Dit is aflevering 1 van de serie (Cata)strofen, geschreven door promovenda Marieke van Egeraat.
Wy sien dat Godt van hier boven
maer wy en willens noch niet gelooven,
door onse boosheyt worden wy bedrogen
en onse Sonden soo menichfout.
Zo klonk een deel van een lied naar aanleiding van een bloedregen in Stralsund, een Duitse havenplaats, in 1597. De natuur deed vreemd, zo vonden de inwoners. Dit soort gebeurtenissen, zoals neerslag met rood Saharazand, werden als ‘preternatuurlijk’ bestempeld: een categorie tussen het wonderlijke en het natuurlijke in. Volgens tijdgenoten was het de manier waarop God met mensen communiceerde. De natuur werd daarom angstvallig in de gaten gehouden. God kon immers ieder moment een boodschap naar de mensen sturen. Een les had hij zeker ook voor Stralsund, want volgens dit lied wilde Hij ‘dat wy ons van Sonde souden afwenden’.
Maar, zo klonk het keer op keer, de mensen luisterden niet! Ondanks de vele tekenen en rampen in de natuur die wel het Einde der Tijden moesten aankondigen, zag de anonieme auteur dat niemand zijn leven probeerde te beteren:
Wy sien voor onsen ooghen,
Het eynde der Werelt koen
Maer niemandt en wil hem pooghen
Om beteringhe te doen
Gelukkig bracht de bloedregen in Stralsund verandering. De predikanten in de stad deden hun uiterste best om de inwoners te doordringen van het feit dat als men het leven niet zou beteren de stad zou worden verwoest. Sterker nog: ze hadden nog maar tien dagen. Zo was hen immers verteld door een geestverschijning na de bloedregen. Eindelijk luisterden de burgers:
Die Borghers al na t’ betamen,
Vrouwen, kinders, Arm ende Rijck,
Die hebben daer alle tsamen
Godt almachtich ghebeden ghelijck,
Dat hy haer doch wilde vergeven
Al wat sy hadden misdaen,
En dat sy niet meer sondich wilden leven
Maer hun wilden tot Godt begheven
Also sy oock hebben ghedaen
Stralsund werd, net op tijd, gespaard door de verandering in het gedrag van haar inwoners. De natuur had hen getoond dat het tijd was voor actie en zij gaven daar, na een zoveelste waarschuwing, eindelijk gehoor aan.
De parallellen met de huidige interpretatie van de natuur zijn er genoeg. God hebben we weliswaar uit onze zienswijze gepeuterd, maar de natuur blijft een spiegel die ons laat zien hoe het gesteld is met de Aarde. Door middel van overstromingen, droogte en hongersnoden toont de natuur ons dat we ons gedrag – onze zonden zo je wil – moeten veranderen. In tegenstelling tot het tragische einde van de Netflix-hit Don’t look up (2021), laat dit lied zien dat mensen de natuur en al haar waarschuwingen wel serieus kunnen nemen. Hopelijk bieden dit lied en de inwoners van Stralsund een inspirerend voorbeeld dat het nooit te laat is om gehoor te geven aan zo’n boodschap.
Laat een reactie achter