• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
Logo

Neerlandistiek

Online tijdschrift voor taal- en letterkundig onderzoek

  • Over Neerlandistiek
  • Contact
  • Homepage
  • Artikelen
  • Media
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal

Afstuderen op het ondergewaardeerde genre Fantasy

22 juli 2022 door Julian ten Böhmer Reageer

Als fantasyauteur die Nederlands studeert, kun je natuurlijk niet anders dan ook afstuderen op fantasy! Ik schreef in 2021 voor de master Letterkunde Literair Bedrijf aan de Radboud Universiteit de scriptie De historische ontwikkeling van het fantasygenre in Nederland. Hoe heeft het fantasygenre zich in Nederland ontwikkeld? Hoe is dat gegaan in vergelijking met Engelstalige traditie? En hoe werd Nederlandstalige fantasy ontvangen door recensenten vroeger en nu?

Waar te beginnen? Wanneer ontstond het fantasygenre nou eigenlijk? In Engeland zijn er twee benaderingen van fantasy geaccepteerd. Aan de ene kant kun je stellen dat fantasy pas bestond toen het genre officieel werd erkend, aan de andere kant kun je zeggen dat fantasy altijd al heeft bestaan. Mythen, sagen, sprookjes: waarom zou je die niet tot de fantasy rekenen? In Nederland wordt alleen de eerste, beperkte benadering gehanteerd. Daardoor bezitten wij een bekrompen visie op de eigen, nationale fantasytraditie. Zo zouden Nederlandse volksverhalen, zoals Van den vos Reynaerde (circa 1265) en de Basilisk van Utrecht (1413) best tot de middeleeuwse fantasytraditie gerekend kunnen worden. En dan blijkt onze fantasytraditie misschien wel groter dan tot nu toe gedacht.

De ontwikkeling van het fantasygenre

Als we voor dit artikel toch even de beperkte benadering aanhouden, dan ligt het ontstaan van het genre ergens in het midden van de vorige eeuw. Internationaal wordt J. R. R. Tolkien gezien als de revolutionair die het fantasygenre het nodige duwtje in de rug gaf om los te komen van het stigma als subgenre van sciencefiction. In Nederland wordt de pioniersrol toegedicht aan Wim Gijsen en Peter Schaap, wanneer het gaat om de eerste fantasyboeken van eigen bodem voor volwassenen. Zij werden echter voorgegaan door schrijvers van jeugdliteratuur, onder andere Tonke Dragt, Paul Biegel en Wil Huygen. Vóór Tonke Dragt lijkt er weinig erkenning voor fantasy te zijn geweest.

Na de voorlopers Gijsen en Schaap kregen Nederlandse auteurs steeds meer kansen om geclassificeerde fantasyboeken gepubliceerd te krijgen. Rond 2010 is een explosie van debuutpublicaties zichtbaar en lijkt het genre nationaal reeds wortel te hebben geschoten. De lezers en critici die de fantasy daarvoor nog negeerden, moeten ineens toch reageren; ze kunnen er niet meer omheen. Uitgeverijen zien echter nog steeds minder risico bij het uitgeven van vertaalde bestsellers.

De (ontbrekende) recensies voor fantasy

Wie bepaalt er eigenlijk de waarde van fantasy? Volgens de Franse socioloog Pierre Bourdieu (1930-2002) hebben teksten helemaal geen inherente waarde en ontstaat waardetoekenning in het sociale proces. Het zijn de spelers in het Nederlandse literaire machtsveld die zeggen of iets waardevol is of niet. De rol van de recensent is dus enorm groot in het bepalen van hoe we tegen fantasy van Nederlandse bodem aankijken. In de beginjaren valt het op dat fantasy vooral wordt besproken door twee recensenten, namelijk J. A. Dautzenberg in De Volkskrant en D. Scheepstra in Nederlands dagblad: gereformeerd gezinsblad. Het wordt in wat kleinere dagbladen door slechts enkele recensenten besproken en vaak op dezelfde positieve toon. Het fantasygenre lijkt dan nog geen echte status voor zichzelf te hebben veroverd, behalve binnen een geuzenkring van enthousiastelingen. 

Tussen 1980 en 1990 is er nauwelijks persaandacht voor Nederlandstalige fantasyboeken. Dat is opmerkelijk, want bij de receptie van Leven en Werken van de Kabouters (1976) van Wil Huygen en Rien Poortvliet wordt er gesproken van een stijgende interesse voor fantasy rond het jaartal 1976. Misschien dat die toegenomen interesse hoofdzakelijk voor het Engelse taalgebied gold. Vandaag de dag worden fantasyromans nog steeds zelden door de grote kranten besproken en vergaren ze minder officiële erkenning als je het vergelijkt met de jeugdboeken uit de jaren 1960 en 1970. In plaats daarvan heeft het veld van literaire kritiek zich verplaatst naar amateurrecensies op het internet.

Originaliteit

Een tijdloze maatstaf voor literariteit is het originaliteitsprincipe. Bij recensies van Gijsen en Schaap worden buitenlandse invloeden, zoals Tolkien en Jack Vance, genoemd als inspiratiebronnen. De Engelstalige fantasytraditie lijkt dan onlosmakelijk met de origine van de onze verbonden te zijn. Met een toename van concurrentie na de gouden jaren van Gijsen en Schaap, bevinden schrijvers zich in 2010 (bijvoorbeeld Adrian Stone) al meteen in een periode waarin de Nederlandstalige fantasy met een inhaalslag bezig is. Wanneer een auteur met een boek op de proppen komt, moet het wel vernieuwend zijn! Er is dan sprake geweest van een collectief idee van een traditie, hoogstwaarschijnlijk grotendeels beïnvloed door vertaalde werken uit het buitenland, maar hoe dan ook een maatstaf die nieuwe boeken moesten overtreffen of veranderen. 

Nederland had een late start met de erkenning van fantasyboeken in vergelijking met Engeland. Wim Gijsen en Peter Schaap waren de eerste succesvolle Nederlandse auteurs die hun boeken onder de marketingcategorie ‘fantasy’ voor volwassenen verkochten. Zij stonden nagenoeg alleen en werden door de reguliere media serieus genomen. Nu lijkt de situatie zich te hebben omgekeerd: er is een explosieve groei van fantasypublicaties, maar de kranten tonen weinig interesse in het genre. De rol om waarde toe te kennen aan de toestroom van nieuwe boeken in het genre is weggelegd voor de fans.

Julian ten Böhmer is fantasyauteur en onlangs afgestudeerd van de master Literair Bedrijf aan de Radboud

*Dit artikel werd eerder op Fantasize.nl gepubliceerd

Delen:

  • Klik om af te drukken (Opent in een nieuw venster) Print
  • Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Opent in een nieuw venster) E-mail
  • Klik om te delen op Facebook (Opent in een nieuw venster) Facebook
  • Klik om te delen op WhatsApp (Opent in een nieuw venster) WhatsApp
  • Klik om te delen op Telegram (Opent in een nieuw venster) Telegram
  • Klik om op LinkedIn te delen (Opent in een nieuw venster) LinkedIn

Vind ik leuk:

Vind-ik-leuk Aan het laden...

Gerelateerd

Categorie: Jong Tags: fantasy, letterkunde

Lees Interacties

Laat een reactie achterReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Openingszin van de week

Ik zag haar voor het eerst op een vroege decembermorgen.

De openingszin van deze week komt uit Dagen van glas (2023) van Eva Meijer. Het is een uitwerking van diens eerder verschenen novelle Haar vertrouwde gedaante (2021). Het boek vormt een collage van drie gezinsleden, moeder, vader en dochter, die zich alle drie niet echt thuis voelen. Hoewel de moeder de special van een filosofisch […]

➔ Lees meer
  • Facebook
  • YouTube

Thema's

#taalkunde
Ik zou dat niet pikken als ik jou was
De vervaagde grenzen van de neerlandistiek
“Taal kan iets doen met je moraal”
Wie schrijft, schrijft gelijk: mannelijke en vrouwelijke auteurs
Een koffietje doen
#letterkunde
Ik zag haar voor het eerst op een vroege decembermorgen.
Het besturen van een trekker is een daad van soevereiniteit.
Als schrijvers zichzelf voorlezen
Op de dag dat Minnie Panis voor de derde keer uit haar eigen leven verdween, stond de zon laag en de maan hoog aan de hemel.
Het was oud en nieuw, een uur na middernacht toen ik, een volwassen vent met een vaste baan en in een zelfgemaakt varkenspak aan de rand van een industriegebied in een sloot viel.
#recensie
De letteren op de planken
In Het paradijs van slapen kleurt Joost Oomen de dood hoopvol
Yara’s Wedding: een voorstelling die je bijblijft.
Verlies, liefde en leegte: De mitsukoshi troostbaby company
Zee nu: Een dystopische roman over zeespiegelstijging
#taalbeheersing
De discussie over de vlees-/vega-/plantaardige burger/schijf/disk
De vervaagde grenzen van de neerlandistiek
Wie schrijft, schrijft gelijk: mannelijke en vrouwelijke auteurs
Taalverandering in Duckstad: van 1952 tot 2025
Maar goed, een blog over maar goed
#toekomstinterview
‘Wij willen mensen het donker laten beleven’
‘Voor kinderen is een kerk een magische plek’
‘Bekijk tijdens je studie al wat er allemaal mogelijk is, wacht niet tot iets moet.’
‘Ik geloof er toch echt in, dat je iets moet kiezen waar je blij van wordt.’
‘Geniet van wat het vak je brengt. De neerlandistiek kan je naar zoveel plaatsen brengen, zowel letterlijk als figuurlijk.’
#wijzijnneerlandici
Kwaliteit boven kwantiteit?
Literatuur, natuur, insecticiden en het internet
Jong Neerlandistiek in gesprek: studenten over de grens
#wijzijnneerlandici: Jacques Klöters
“Aan het begin van de studie sprak ik nog geen Nederlands. Na drie jaar schreef ik een scriptie in het Nederlands.”
#voordeklas
24 paar ogen, een glimlach en een gereedschapskist
De vlucht naar Engelse literatuur, waardevol of schadelijk?
Later word ik dokter! Of juf! Of allebei!
Literatuur voor alle leeftijden
De ezelsbruggetjes in ons grammaticaonderwijs; kunnen we zonder?

Footer

Elektronisch tijdschrift voor de Nederlandse taal en cultuur sinds 1992.

ISSN 0929-6514
Bijdragen zijn welkom op
redactie@neerlandistiek.nl
  • Homepage
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Over Neerlandistiek
  • De archieven
  • Contact
  • Facebook
  • YouTube

Copyright © 2025 · Magazine Pro on Genesis Framework · WordPress · Log in

  • Homepage
  • Categorie
    • Voor de klas
    • Vertelcultuur
    • Naamkunde
  • Archief
    • 10 jaar taalcanon
    • 100 jaar Willem Frederik Hermans
  • E-books
  • Neerlandistische weblogs
  • Jong Neerlandistiek
  • Frisistyk
  • Mondiaal Neerlandistiek
  • Over Neerlandistiek
  • Contact
%d