Een paar eeuwen geleden was het doodnormaal. Was je verkouden, dan had je een geperforeerd bundeltje met aromatische kruiden en ambergris om je nek waaraan je af en toe kon snuiven. Een soort van neusspray avant la lettre. Tot in de zeventiende eeuw droegen rijke stedelingen dikwijls zo’n kruidenmix ingesloten in een edelmetalen houdertje (vaak een bolletje) om de nek, niet … [Lees meer...] overEtymologica: MidNL reumappel en matral
etymologie
Etymologica: gesnopen!
‘Gesnopen?!’ Dit woord roept bij mij onmiddellijk associaties op met boefjes uit stripboeken en feuilletons uit de jaren dertig en daarna, zoals de Zware Jongens uit de Donald Duck. Komt gesnopen voor ‘gesnapt’ inderdaad uit dergelijke teksten en hoe is de vorm ontstaan? In het WNT wordt gesnopen niet genoemd en het ontbreekt ook in de elektronische Woordenbank van de … [Lees meer...] overEtymologica: gesnopen!
Etymologica: De herkomst van het Limburgse deelwoord op -ntere
In het midden en zuiden van Belgisch en Nederlands Limburg kennen de dialecten een deelwoord dat meestal op -ntere of -ntèère eindigt, al zijn er ook andere varianten. Het wordt gebruikt om een handeling of een toestand uit te drukken die gelijktijdig is met het hoofdwerkwoord. In het Nederlands kan het vaak met ‘al X-end’, ‘tijdens het X-en’ vertaald worden: zingentere trokke … [Lees meer...] overEtymologica: De herkomst van het Limburgse deelwoord op -ntere
Germaanse woorden voor torens
Dankzij de Romeinen is in alle Germaanse talen een vorm van toren gangbaar, maar dat zegt niet dat men in onze streken eerder geen weet van rijzig bouwen had. We bekijken wat noordelijke woorden voor torens, waarvan een zeer oud lijkt: Oudhoogduits urrea. Tweeduizend jaar geleden Een van de eerste getuigenissen van een toren gebouwd door Germanen is te vinden in … [Lees meer...] overGermaanse woorden voor torens
Swiid
Swiid is in Frysk wurd dat sokssawat betsjut as ‘prachtig, luisterrijk, groots’. De Nederlânske wjergader is zwijd, mar dat wurd is net bepaald swiid ferneamd. De kening kin swiid klaaid wêze, en Grutte Pier hie bygelyks in swide namme. De lange i yn swiid wurdt, benammen troch de jongerein, hieltyd faker útsprutsen as in twalûd. It heart dan as it i-lûd yn stien en bier, en … [Lees meer...] overSwiid
Etymologica: de ui
De beste tijd om uien te oogsten is al lang weer voorbij. Die valt in augustus las ik ergens, maar een stukje over de benaming ui kan natuurlijk altijd. Dat ik dat nu pas doe, vind ik eigenlijk wel gek, want de ui (Allium cepa) is voor een taalkundige een heel dankbare plant. Zijn verschillende benamingen geven namelijk een mooi beeld van de culturele invloeden, die … [Lees meer...] overEtymologica: de ui
Etymologica: wâld en woud
In de NRC van 15 november 2023 stond een artikel waarin het ‘woud’ centraal stond. Het woord woud roept bij mij altijd wat geheimzinnigs, onheilspellends op, zeker in de samenstelling oerwoud. Een ‘gewoon’ woud bestaat uit grote zware bomen, zogenaamde woudreuzen, is moeilijk doordringbaar en toen ik klein was huisden er bovendien rovers en mysterieuze kabouters. Later vertelde … [Lees meer...] overEtymologica: wâld en woud
Ribskjin
Ribskjin is in sa'n prachtich, echt Frysk wurd. Alderearst is it sa’n nijsgjirrich wurd dêr’t jo ûnmooglik in echte Hollânske wjergader foar fine kinne. Moai is ek it iroanyske understatement. Wat oaren 'vel over been' neame, is by ús 'aardich ribskjin' - neat om yn it bêste lân fan d' ierde moederaasje mei te hawwen... En dan past de klank ek noch sekuer by de betsjutting: … [Lees meer...] overRibskjin
Halveren
Hoe sette jo dit sintsje út in resept oer yn it Frysk: 'halveer de tomaat'. As jo earste idee is 'healvearje de tomaat', wit dan dat sok Frysk oan 'e protters raast en beart as skuorde klokken. Yn it Frysk sizze je earder: 'snij de tomaat troch de helte' of 'snij him midstwa'. 'Halveren' betsjut neist 'yn twaen ferpartsje' ek noch 'oant op 'e helte ferminderje'. … [Lees meer...] overHalveren
Etymologica: Kokkels
In de onlangs verschenen Canon van de Nederlandse Natuur van Dick de Vos hebben ook de kokkels een plaatsje gekregen. Iedereen kent deze schelpdieren wel, hetzij als gerecht, hetzij van de mooie schelpen op de Nederlandse en Vlaamse stranden. De officiële naam eetbare hartschelp verwijst naar beide gebruiksmogelijkheden. Die naam is een vertaling van de Latijnse naam cardium … [Lees meer...] overEtymologica: Kokkels
De Bharatās: de stam die India zijn naam gaf
Duizenden jaren geleden stichtten de Bharatās hun koninkrijk in het noorden van het land dat India zou worden en naar hen ook Bhārat heet. Deze naam, heden steeds sterker uitgedragen, is geestelijk rijk en heeft verwanten in de Germaanse talen. Een keuze “India, dat is Bhārat, zal een Verbond van Staten zijn.” Zo begint de grondwet van het land dat zich in 1947 losmaakt … [Lees meer...] overDe Bharatās: de stam die India zijn naam gaf
Wat we doen wanneer we denken
Taalkundigen veronderstellen het bestaan van wel drie verschillende Indo-Europese wortels met de vorm *men-. Een beduidde zoveel als ‘denken’, de andere ‘blijven’, de derde ‘uitsteken’. Het ware eerder een enkele wortel met een eenvoudige betekenis. Sla open de laatste uitgave van het grote Lexikon der indogermanischen Verben, het gezaghebbende woordenboek van … [Lees meer...] overWat we doen wanneer we denken
Noflik
Noflik is in populêr Frysk wurd: der is in restaurant dat sa hjit, je kinne op in boxspringbêd ‘noflik’ lizze en der is sels in skjintmesalon mei dy namme. Je kinne je noflik deljaan, it is earne noflik en gesellich, it klimaat is dêr noflik, je fiele je noflik en it selskip is noflik. Noflik is sa’n ‘echt’ Frysk wurdt en dêrom wurdt it maklik brûkt as pseudo-frisisme: … [Lees meer...] overNoflik
Etymologica: Faut of voute
In 1767 verscheen in Sneek bij Melchizedek Olingius, drukker, boek- en papierverkoper een publicatie over de veengraverij (48 blz.). Marten Jans (hij was toen 54) zette in rijm in twee deeltjes op papier hoe het turfgraven verliep en wat de voordelen van de hoge en wat de nadelige gevolgen van de lage veengraverij waren. Het gebruik van de achttiende-eeuwse veenderijtaal, met … [Lees meer...] overEtymologica: Faut of voute
Daaie
'Ik kin de kofje net daaie' betsjut dat je de kofje net opdrinke kinne omdat er te hjit is. Daaie komt allinnich foar mei it tiidwurd kinne en betsjut 'ferneare, útstean kinne'. Dêrby hoecht it net altyd om wat hjits te gean, in kâld stik iis kin like min te daaien wêze. En it kin ek brûkt wurde as je minsken of saken net útstean of ferneare kinne: 'Ik kin dat ûndogense … [Lees meer...] overDaaie
Het belang van sibbe
Ons verwantschapswoord sibbe, de evenknie van Engels sib in sibling, was ooit verbonden met gedachten over vrede en verzoening en kon oorspronkelijk wel eens naar achting en zorg verwezen hebben, net zoals de vergeten volksbenaming diede. Sterke banden Heden staat het vrouwelijke sibbe te boek als een woord voor ‘gezamenlijke verwanten’ … [Lees meer...] overHet belang van sibbe
Blijven en bliuwe
Is in it skriuwen fan in Nederlânsk-Frysk wurdboek makliker as in Nederlânsk-Ingelsk wurdboek? Ja en nee. Ja, want blijven is yn it Ingelsk to stay, to remain, to keep en yn it Frysk gewoan bliuwe. Mar net altyd makliker, want net altyd kinne je blijven yn it Frysk oersette mei bliuwe. Wy sizze it yn it Frysk gauris oars as yn it Nederlânsk. Sjoch mar nei de folgjende … [Lees meer...] overBlijven en bliuwe
Etymologica: Het achtervoegsel -ernij
In een brief aan de samenstellers van de Etymologiebank vraagt een gebruiker daarvan naar de herkomst van het achtervoegsel -ernij, omdat dat niet in de Etymologiebank wordt behandeld, terwijl andere achtervoegsels zoals -nis dat wel worden. Daarom zal hier een poging tot verklaring worden gegeven. Het achtervoegsel -ernij in woorden als slavernij en razernij is inderdaad … [Lees meer...] overEtymologica: Het achtervoegsel -ernij
Op zoek naar zinnige zwamnamen
Het getuigt niet van een diepe band met het land dat we inheemse paddenstoelen vaak aanduiden met vreemde woorden als amaniet, boleet en mycena—en dat terwijl het Duits eigen goed als Wulstling, Röhrling en Helmling heeft. Er is werk aan de winkel! Volksnamen Onze taal heeft zwam bij erfenis uit het Germaans en kent ook al … [Lees meer...] overOp zoek naar zinnige zwamnamen
Etymologica: Recordveel
Het weer is met stip het meest besproken fenomeen in de Lage Landen. Maar wie meent dat de meteorologische woordenschat dan wel uitputtend in onze woordenboeken zal zijn beschreven, komt van een koude kermis thuis. Hoewel het in weerberichten wemelt van recordveel neerslag, een recordzonnige zomer, recordweinig noordpoolijs, recordlage temperatuur en recordhoge luchtdruk, komt … [Lees meer...] overEtymologica: Recordveel
Fûgelnammen
Der is grutte kâns datsto tsjin it grien-giel-swarte fûgeltsje dat sa fleurich heech yn 'e beam sit te fluitsjen en yn it fûgelhokje yn dyn tún briedt koolmees seist. Wy brûke gauris de Nederlânske namme om fûgels, ynsekten en blommen mei oan te tsjutten. Tink bygelyks oan nylhoars/nijlpaard, gersrûp/emelt of bûnte kjifkrobbe/bonte knaagkever, hoewol't Omrop Fryslân de Fryske … [Lees meer...] overFûgelnammen
Etymologica: appels en peren
Omdat we middenin de appel- en perenoogst zitten, worden ook de namen appel en peer meer gebruikt dan anders en dan worden ze al gauw ook onderwerp van een stukje. Wat ik al wist voordat ik nader onderzoek deed, was: appel is geen Romaans leenwoord, dus is die naam wellicht in onze streken ontstaan, ruim genomen dan. Peer is wel een … [Lees meer...] overEtymologica: appels en peren
7 oktober 2023: Lêzing: Wêr komt ‘Tsiis’ wei?
Stik oangeande feehâlderij út in wetstekst út de midsiuwen. Boarne: Herzog August Bibliothek Wolfenbüttel Xb 4827 f. 17r Histoarysk taalkundige dr. Alex Kerkhof jout op sneon 7 oktober 2023 in lêzing yn it ramt fan it Weekend van de Wetenschap: 'Wêr komt 'Tsiis' wei?' Wat leart de oarsprong fan de Fryske lânbouwurden ús oer it fiere ferline? Buorkerijwurden binne … [Lees meer...] over7 oktober 2023: Lêzing: Wêr komt ‘Tsiis’ wei?
Bôle & brea
Yn it sikehûs yn Swol frege it dochterke fan in freondin oan de ferpleging om ‘een stukje bôle’. It duorre efkes foar’t hja yn ‘e gaten hiene dat it om ‘brood’ gie. De gelikenis mei it Nederlânsk is noch wol te sjen yn it wurd ‘bolletje’. Brea hie by de ferpleging miskien earder in beltsje rinkelje litten. Dat wurd liket fansels mear op it Nederlânske ‘brood’. Brea wurdt … [Lees meer...] overBôle & brea
Etymologica: statiegeld
De nieuwe regelgeving rond statiegeld op blikjes en flesjes bracht een lezer tot de vraag waar het woord statiegeld eigenlijk vandaan komt. Een interessante vraag waarop het antwoord ingewikkelder blijkt dan verwacht. De Bataafse Republiek Het oudste citaat van statiegeld in het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) dateert van 1919. Maar uit de historische kranten … [Lees meer...] overEtymologica: statiegeld